Het nadeel van een goede opvoeding en een progressieve politieke inborst, is dat je ook niet aan positieve discriminatie mag doen. Natuurlijk zeg je niet dat joden gierig zijn en negers lui. Maar je mag ook niet zeggen dat joden vaak grappig zijn of dat negers uiteindelijk de beste muziek maken. Verdomme, je mag niet eens ‘neger’ zeggen. Natuurlijk denk ik dat we uiteindelijk allemaal mensen zijn, dat we allemaal dezelfde lucht ademen, dat we allemaal moeten lachen als je ons kietelt en dat we in vrede moeten kunnen voortbestaan. Maar toch, je kunt niet ontkennen dat bepaalde bevolkingsgroepen eeuwenlang hebben samengeleefd en zo bepaalde karakteristieke eigenschappen hebben ontwikkeld. Zwarte muziek heeft gewoon iets wat blanke muziek nooit kan benaderen. Sorry.
Afgelopen maand mocht ik in de Amsterdamse muziekkerk Paradiso toekijken hoe D’Angelo na twaalf jaar zonder enig studioalbum een legendarische show neerzette, waarbij hij de hele zwarte muziekgeschiedenis af ging. Van Chuck Berry tot James Brown, van Michael Jackson tot The Roots en van Jimi Hendrix tot Prince. De reusachtige frontman wist met gemak boven zijn geniale band en achtergrondzangers uit te stijgen en wond zo iedere aanwezige om zijn gespierde vinger. Het funkte, het rockte, het pompte, het sneed door je ziel en liet je dansen op manieren die je zelf niet begreep. Voor je het wist had je het meisje naast je zwanger gemaakt van een hele lieve stoere baby die ergens in 2048 voor wereldvrede zou gaan zorgen. Wat maakte het uit dat D’Angelo al zo lang niets meer van zich had laten horen, dat hij niet meer het lichaam van een Olympische god had? Shit. Damn. Motherfucker.
Mijn eerste single was ‘No diggity’ van Blackstreet. Oké, dat is niet waar, mijn eerste single was ‘Wannabee’ van The Spice Girls. Mijn tweede single was ‘I want you’ van The Kelly Family. Maar mijn derde single was No Diggity.
Vaak krijg je een nummer in je hoofd dat een paar weken lang onweerstaanbaar is, waarmee je wakker wordt en weer opstaat, en schaamteloos grijs draait, waarna het weer verdwijnt en je er eigenlijk een beetje genoeg van krijgt. No Diggity zit al zestien jaar in mijn hoofd en gaat er nooit meer uit. Het bevat precies de elementen die D’Angelo zo onweerstaanbaar maakten: de vuige hiphop, de soul-zang, de bluesy piano-loopjes. De beat zelf bevat een neger die de beat goedkeurt met een typische ‘ah-hm-hm’. Het is het beste nummer ooit gemaakt. Het zou bovenaan in de top-2000 moeten staan, in plaats van het eeuwige ‘Bohemian Rapsody’. Ik zou het niet erg vinden om naar een feest te gaan waar alleen No Diggity gedraaid werd, urenlang.
Het zal vast iets betekenen dat een blanke, beetje Hongaarse jongen dit allemaal zo opschrijft. En dat hij geen enkele vrouw noemt. Maar dat laat ik graag aan de psycho- en antropologen. Voor nu: zet No Diggity op repeat, en mis nooit meer een concert van D’Angelo.