De wereld staat in brand en dat mag niet onbeschreven blijven. Aanrandingen, oerwoudgeluiden, voetbalcoaches die elkaar uitmaken voor homofiel, het jaar is nog geen maand oud en het is alweer ouderwets gezellig in Europa. Mirko probeert oorzaken van afgeleiden te onderscheiden.
Seksisme, racisme en homofobie zijn, om het maar in de woorden van ADO Den Haag coach Henk Fraser te vatten, niet meer van deze tijd. Niet dat deze zaken ooit wel lovenswaardig waren, maar goed, we begrijpen wat hij bedoelt. Dat deze vormen van onverdraagzaamheid afgekeurd moeten worden lijkt me duidelijk. Zo duidelijk zelfs, dat het bijna oninteressant is. Dat aanrandingen en oerwoudgeluiden niet cool zijn, vindt zelfs Theodor Holman: het is een uitgemaakte zaak.
Veel belangrijker is de onderliggende sociale hiërarchie waar dit soort uitingen uit voortkomen. Alle emancipatie van de laatste eeuw ten spijt, hebben vrouwen, homo’s, zwarten (je zou daar tegenwoordig nog aan toe kunnen voegen: moslims) nog altijd een kwetsbare positie in onze samenleving. Niet omdat alle mensen openlijk racistisch, seksistisch en homofoob zijn, maar omdat de maatschappelijke structuren en culturele beeldvorming in hun nadeel werken.
Voorbeeld: de Oscar nominaties. Het feit dat voor het tweede jaar op rij alle genomineerden voor een Oscar lelieblank zijn, is niet te wijten aan een jury vol gestaalde KKK’ers, maar komt voort uit een filmwereld die gedomineerd wordt door blanke mannen. Dan krijg je vanzelf een situatie waarbij hoofdrollen en -prijzen voornamelijk worden toegekend aan blanken en je in films bijna nooit een gesprek tussen twee vrouwen dat niet over een man gaat (ik vraag me trouwens af hoeveel vrouwen er genomineerd zouden zijn als dat niet een aparte categorie was geweest). Dit is vast niet opzettelijk racistisch of seksistisch, maar indirect en structureel wel en dat is veel zorgwekkender.
Wat we onder ogen moeten zien, is dat onze maatschappelijke structuren en culturele beeldvorming voornamelijk het product zijn van honderden jaren boetseren door en voor blanke heteroseksuele mannen. Het resultaat is een samenleving waarin iedereen die dat (gedeeltelijk) niet is, zich relatief ongemakkelijker zal voelen. (Als je een kwartiertje de tijd hebt, kijk dit fantastische digi-college over waarom de Lion King een fascistische film is. Geloof me, het verklaart alles.) Dat vrouwen vooral lief en mooi moeten zijn, jongens stoer, dat arabieren niet te vertrouwen zijn, dat zwarten lui en grappig zijn, homo’s raar en gefrustreerd (Scar!), Joden gierig, etc. etc. Het zijn beelden die consequent subtiel herhaald worden, zodoende genesteld blijven in onze collectieve bewustzijn en hun weg vinden naar maatschappelijke praktijk.
Openlijke onverdraagzaamheid in de vorm van ADO-fans en homograppen zijn een afgeleide, niet de kwaadaardige bron. Dit is relatief makkelijk tegen te gaan en gelukkig gebeurt dat ook steeds vaker. Maar bij de onderhuidse sociale verhoudingen waarop deze uitingen gebaseerd zijn, is dat veel lastiger. We moeten ons niet te snel op de borst kloppen met weliswaar belangrijke, maar vooral symbolische overwinningen die ons het zicht ontnemen op de onderliggende structuren van ongelijkheid. Laaghangend fruit is nog altijd fruit, true, maar we moeten de boom in. Of, zoals The Guardian stelt: iedereen is not racist, maar dat is niet genoeg, we moeten anti-racist worden.
Foto: Barbara Krawcowicz via Flickr