Het luchtalarm ging af en mensen stroomden de straat op, want iedereen is tegen racisme.
Ik weet niet hoe het met u zat, maar ik werd vorige week op Facebook herhaaldelijk uitgenodigd voor het het evenement ‘Ik Sta Hier buiten’. Op de pagina van het evenement was te lezen: "Op 7 april om 12.00 uur gaat het luchtalarm. Dat is het moment. Ik ga naar buiten en ik ga daar staan - in stilte." De bedoeling was samen symbolisch te protesteren tegen racisme en discriminatie. Om met zijn allen een symbolisch statement te maken, dat we Er Tegen waren. Ik ben ook Tegen. Maar mij heb je buiten niet zien staan.
Het ding is, een aantal maanden terug had ik een discussie met een (mondige, donkere) vriendin over racisme, naar aanleiding van een debatavond die niet echt divers te noemen was. Het debat was natuurlijk wel met de beste bedoelingen georganiseerd, betoogde ik, maar volgens haar veranderde dat helemaal niets. Ik zei: "Ja, maar zo kunnen we het toch nooit goed doen? Ik ben toch geen racist?", waarop zij reageerde met de verbale bitch slap "Ja, maar daar heb je 'm, Meredith. Het. Gaat. Niet. Om. Jou." Mijn eerste reactie was me defensief opstellen. Zelfs de ‘kunnen-we-het-niet-gewoon-gezellig-en-constructief-houden’ impuls kwam in me op. Maar shit, ze had een punt. Racisme gaat niet om míjn gevoelens.
Als ik het namelijk omdraai naar een andere machtsverhouding, zie ik precies hetzelfde gebeuren. Ik vind het ook altijd verschrikkelijk irritant als een discussie over seksisme wordt afgebroken door een man die zich ineens persoonlijk aangevallen voelt. De redenering is in beide gevallen als volgt: hij is niet zo, de mensen in zijn omgeving zijn ook niet zo. Hij is wel tegen seksisme, maar hij komt het nooit echt tegen. Hij vraagt zich af waar ik mijn cijfers vandaan haal. Is seksisme überhaupt nog wel een probleem? Waarom doe ik eigenlijk zo ongezellig, hij bedoelt het toch goed? Ik maakte precies dezelfde denkfout wanneer het om racisme ging. Alleen omdat ik wou aangeven dat ik geen racist was, trok ik de discussie naar mij toe. Naar mijn ervaring, en mijn gevoelens en mijn noodzaak om te laten weten dat ik écht niet zo was. Zodat we het weer gezellig over iets anders konden hebben.
Het is niet mijn bedoeling om hier Killjoy McCynical uit te hangen. Ik juich toe dat er de laatste tijd een tegengeluid te horen is tegen het steeds explicietere racisme waarmee we complexe problemen in oneliners proberen op te lossen. Zo schrijft ‘Ik sta Hier Buiten’ op hun blog: "De uitspraken en de beeldspraak van Wilders van 19 maart wekken dusdanig sterke emoties en associaties met de geschiedenis op, dat dit het moment is voor maatschappelijke reflectie en verandering. Wij benaderen u omdat we geloven dat u een rol kunt spelen om deze kanteling te bewerkstelligen." Prima. Prachtig. Maar net zoals het niet constructief is om te roepen dat Zij de Schuld zijn van onze Problemen, is het ook zinloos om de wereld op te delen in goederiken en slechteriken. In racisten en mensen die GroenLinks stemmen.
De bedoeling was natuurlijk dat dit protest mensen met elkaar in contact bracht, om een geluid te horen van gelijkgestemden. Maar alle goede bedoelingen van de wereld veranderen er niets aan dat dit protest, en vooral de naam van het protest, problematisch is. We staan hier niet buiten. En met een zelfgenoegzame protestroes buiten gaan staan, en onszelf voorhouden dat we kleurenblind zijn, daar helpen we niemand mee. We staan niet boven racisme. Het heeft geen zin om te doen alsof we met zijn allen gelukkig United Colors of Benetton-postraciaal zijn.
Het komt op mij paternalistisch over om als blanke Nederlander 'ik ben niet racistisch, ik sta hier buiten' te roepen. Het lijkt een soort toe-eigenen. Je doet alsof deze discussie eigenlijk over jou gaat. Net zoals iedere andere discussie over racisme of seksisme of een ander –isme wordt stilgelegd met een ‘Niet alle … zijn zo, hoor!’ Gevolgd door de vraag of we niet even gezellig kunnen doen, of we het alsjeblieft over iets anders kunnen hebben. Zo ontstaat er een dynamiek waarin we problemen onder tafel schuiven, we andermans ervaringen met racisme niet erkennen omdat wíj toch niet zo zijn, en de etterende wond negeren. Praten over integratieproblematiek en racisme is niet ‘gezellig’. Het is pijnlijk, en hard nodig. Je handen ervan aftrekken en zeggen dat je er buiten staat, helpt niet.
Niemand vindt van zichzelf dat hij of zij een racist is. Zelfs Geert Wilders niet. Dat maakt het niet minder waar dat de dingen die we soms zeggen en doen onderdeel zijn van een systeem dat mensen buitensluit. Ik heb ook als peuter ‘henkie penkie sjang-hai’ gezongen terwijl ik mijn ogen scheeltrok. Ik stond toen ik jong was ook niet stil bij hoe mijn Sinterklaasfeest anderen liet voelen. Maakt dat mij een racist? Nee, maar het maakt mij wel een onderdeel van een samenleving die nare racistische kutkantjes heeft.
Racisme en ongelijkheid zijn onderdeel van ons systeem. We hebben dat zo doorgekregen van onze opa’s en opa’s opa. Alleen omdat we tijdens de jaren zestig en zeventig met elkaar hebben geschreeuwd dat –ismes eigenlijk niet zo chill zijn, betekent niet dat ze er nu niet meer onderhuids zitten. Dat is de realiteit. De realiteit is dat onze maatschappij ons evenzeer vormt, als omgekeerd. De realiteit is dat integratieproblematiek zichzelf niet even gaat oplossen als we maar lang genoeg buiten gaan staan en het goed bedoelen. Pas als we erkennen dat we allemaal, ongewild en onbewust, onderdeel zijn van dat systeem kunnen we er iets aan veranderen.
Misschien wil je geen racist zijn. Vind je racisme echt superkut. Prima. Maar tegen racisme zijn betekent niet dat je daarom maar moet doen alsof het niet bestaat. Het tegenovergestelde is waar. Ben je tegen racisme? Probeer dan voorbeelden te vinden van dagelijks racisme in je omgeving en doe daar iets aan. Probeer je in te leven in de ander, geef hen de ruimte om hun ervaring te vertellen. Erken dat hun ervaring belangrijker is dan jouw defensieve gevoelens over racisme. Erken het feit dat donkere vrouwen veel minder de vrijheid genieten om maatschappijkritiek te leveren. Zonder dat ze direct het label ‘lastig’ of ‘boos’ opgeplakt krijgen. Erken dat het lekker makkelijk is voor jou om in je blanke wijk de straat op te gaan, terwijl de mensen van kleur die tegen Zwarte Piet demonstreren met de dood worden bedreigd. Informeer jezelf.
We leggen de dialoog stil door te roepen ‘Dat Wij Niet Zo Zijn’. Terwijl het juist zo belangrijk is dat we deze wrange punten bespreekbaar maken, ongeacht of we ons er ongemakkelijk bij voelen. Ongeacht of we er ons een beetje door aangevallen voelen. Ongeacht dat we heel graag duidelijk willen maken dat we goede bedoelingen hebben, en we ons niet aangesproken wensen te voelen. Het gaat namelijk niet om ons.
___
Meredith Greer werkt voor N8, de organisatie achter de Museumnacht, schreef voor hard//hoofd en is hoofdredacteur van www.nachtbrakers.nl.