“The West Wing is de beste serie ooit! Ik kijk iedere avond voordat ik ga slapen een aflevering op mijn iPod. Ik ben echt verslaafd.” Dondertieft een eind op, het is een regelrechte oog-soa. “Borgen is echt geweldig. Ik ben verliefd op Birgitte Nyborg. En het is zo herkenbaar allemaal.” Ja, herkenbaar, zoals je derde aambei ook iets vertrouwds heeft.
De beste televisieserie over politiek – sinds Nipkow de televisie uitvond dus – is The Thick of It. Het is misschien wel de beste serie sinds Archimedes' ontdekking van de oneindige reeks. Er wordt wat afgekankerd: de fucks, cunts en lubricated horse cocks zijn niet van de lucht. Een verademing voor iedereen die zoals ik tietjeslid is van de Bond voor het Vloeken. (Een onchristelijke organisatie die zich inzet voor creatief taalgebruik vol schunnigheden, scheld- en vloekwoorden.) En een zegen voor eenieder wiens tenen krom staan van de wratten bij de gezochte grofheid van BNN en de gemiddelde Nederlandse cabaretier.
Zwarte weduwe van de serie is de Schotse spindoctor Malcolm Tucker, waarschijnlijk geboren in Dante's gruwelijkste aller hellecirkels. Zijn web een incompetente regering die constant op de rand van de afgrond balanceert. Tucker is moeilijk te omschrijven, het mooie Engelse woord 'foul-mouthed' dekt de lading niet. Of je netvlies moet bij het woord 'foul' gepenetreerd worden door een beeld van menselijke ontlasting met bloedsporen. Want dat is wat Tucker spuwt. Voor de ministers is hij niet zomaar funny like a heart attack, iedere punchline is een dotterbehandeling die te laat komt.
Tucker die zich genoodzaakt ziet vriendelijk tegen iemand te doen, om te krijgen wat hij wil hebben: “You and me, we're in the same boat. Obviously I am on the bridge with a pair of binoculars and Richard Gere gear, and you're in the engine room trying not to get bummed by blokes with shovels… But essentially it's the same boat”
Tucker die iemand uitnodigt een ruimte te betreden: “Come the fuck in or fuck the fuck off.”
Tucker die een telefoongesprek voert: “Shut it! You're using all the minutes on my talk-until-you-get-head-cancer-tariff.”
Tucker die een telefoongesprek beëindigt: “Yeah. Fuckity bye-bye”
Voor wie het allemaal enigszins ongeloofwaardig in de oren klinkt: hoe ver dit van de Nederlandse werkelijkheid staat, is nog maar de vraag. De Volkskrant schreef in een reconstructie van de Catshuisclusterkut:
“In die eerste dagen bouwt zich een stuwmeer van onderdrukte emoties op. De vraag is: wie ontploft er als eerste? Het is premier Rutte. En de oorzaak is wat uit Wilders' mond komt. 'De belangen van de bevolking interesseren me geen bal', zegt Wilders, 'ik ben uitsluitend geïnteresseerd in de belangen van mijn kiezers.' Rutte verliest zijn zelfbeheersing. In zulke, bijna intieme situaties openbaart zich een voor buitenstaanders onbekende kant van de premier: hij wordt driftig, op het maniakale af. Rutte slaat met de deuren, waardoor het hele Catshuis trilt.”
Dat is 24-karaats The Thick of It-materiaal. Wie weet waar ponyfokker Henk Bleker voor was uitgemaakt, als hij Rutte toevallig tegen het lijf was gelopen. Of wat Hans Hillen, met zijn tronie als een door Diederik Stapel uitgevoerde schaamlipcorrectie, had kunnen verwachten. Voor wie de politiek volgt en zich af toe een scène uit The Thick of It herinnert, valt er in deze barre tijden toch nog wat te lachen. Al is het voor de direct betrokkenen doorgaans, in de woorden van Willem van Os, als een hoer met liespijn.
Serieuzere lezers verwijs ik naar dit mooie profiel van bedenker Armando Iannucci uit The New Yorker. Alle seizoenen staan hier op youtube. Voor wie nog niet overtuigd is: klik hier.