Gedurende het priemjaar 2011 maakt audiokunstenaar Harold Schellinx een geluidskiekje van tien seconden. Elke dag van de week, op steeds wisselende uren. Of hij nou in Amsterdam of in Parijs is, in Brussel of in Kyoto, in Brooklyn of in Wiesengrund. Iedere zondag hoor je op hard//hoofd de zeven geluidsprentjes van de week daarvoor, aaneengeregen tot een stukje van 70 seconden: de tijd die het ook ongeveer zal kosten om het bijhorende tekstje te lezen.
Op precies hetzelfde moment maakt fotograaf Pieter van Wynsberge ergens een foto...
Amsterdam, 18/05/11, 06.41u
Beeld: Pieter van Wynsberge
SEVENTY SECONDS [ 20 / 52 ]
Virginie woonde op de zevenendertigste verdieping, in een hoekappartement met een woonkamer waarvan maar liefst twee van de vier wanden van glas waren. In de verte lag de oude stad, een zee van golvende daken, met een Eiffeltoren die als een lichtboei uit het stadsschuim stak.
Ze kwam naast me op de bank zitten.
Ik haalde diep adem.
‘Je neemt een groot stuk karton,’ zei ik. ‘Daar maak je wat gaten in; een stuk of tien. Vooral niet te weinig. Dan zoek je een doosje zonder deksel, en je zorgt dat de bodem kan scharnieren; naar binnen toe; het moet iets als een valluik zijn. Het beste doe je dat met een veertje, waardoor het luikje niet alleen open, maar ook weer dicht kan klappen. Dat ding zet je omgekeerd op één van die gaten, met het scharnierende luikje boven. Op het luikje plak je wat kaas; en van houtjes of karton maak je een trapje, dat je tegen het doosje zet. De hele constructie zet je op een open vuilnisbak; in de keuken, natuurlijk ... Snap je wat ik bedoel?’
Ik vertelde door.
‘Een muis die in de keuken loopt te scharrelen, komt vroeger of later bij dat stuk karton terecht. Het beest ziet al die gaten, en denkt: “Nou, daar trap ik mooi niet in!” ... Van al dat inzicht raakt het dier zelfvoldaan. Dat is de crux. Het leidt tot overmoed. En vandaar komt tenslotte de val: want als die huismuis vervolgens onder bij het laddertje komt, en de kaas ruikt, krabbelt ze gelijk omhoog. Als ze op het luikje stapt, klapt dat door haar gewicht omlaag. En dondert het dier de bak in. Het luikje klapt weer dicht. Klaar ... En als de bak vol zit, dan kieper je ze allemaal het raam uit.’
Virginie keek me met grote ogen aan.
Toen stak ze haar tong uit.
‘Er zijn hier geen muizen,’ zei ze.
14 - 20 mei 2011
Parijs, Vincennes (4), Kortrijk (2)