Gedurende het priemjaar 2011 maakt audiokunstenaar Harold Schellinx een geluidskiekje van tien seconden. Elke dag van de week, op steeds wisselende uren. Of hij nou in Amsterdam of in Parijs is, in Brussel of in Kyoto, in Brooklyn of in Wiesengrund. Iedere zondag hoor je op hard//hoofd de zeven geluidsprentjes van de week daarvoor, aaneengeregen tot een stukje van 70 seconden: de tijd die het ook ongeveer zal kosten om het bijhorende tekstje te lezen.Op precies hetzelfde moment maakt fotograaf Pieter van Wynsberge ergens een foto...
41.48N 6.83O, 28/04/11, 16.32u
Beeld: Pieter van Wynsberge
SEVENTY SECONDS [ 17 / 52 ] – Harold Schellinx
Leunend op twee houten krukken klepperde de lange en zwaarlijvige Duitse professor doctor doctor Bruenhotte de ontbijtzaal van Haus Homburg binnen. Hij droeg weer een maatkostuum, dat nog steeds van dezelfde snit was, maar ook deze ochtend een andere kleur had: vandaag was het kanariegeel. Hij begroette me luidruchtig, en plofte op een stoel aan het tafeltje naast me. Of ik goed had geslapen, wilde hij weten. Hij verklaarde in één adem door dat hij zelf geen oog had dichtgedaan. De hele tijd had het om hem heen weer 'pszzzzz, pszzzz, pszzz' geklonken.
'Scheiss Schnarken!' brulde professor doctor doctor. “Ik ben wel tien keer gestoken! Overal!” Hij pelde een eitje, propte dat in zijn mond, en slikte het in één keer door.
Er had bovendien iemand in de boom voor het raam gezeten. Een inbreker, ongetwijfeld. Daarom had hij zijn krukken gepakt, en was hij in het donker rechtop in zijn bed gaan zitten. Op wacht. De hele nacht.
Hij deed het voor. "Zo! Als die rekel het gewaagd had, dan had ik ineens het grote licht opgestoken, en hem, Nasenflügeltanz!, eerst – Nasen! – op zijn tetter geslagen; dan – Flügel! – een douw in zijn pens gegeven; en om het af te maken – Tanz! – een klap in zijn boevennek! Ha! Ik had dat gezicht wel willen zien!"
Professor doctor doctor straalde, en schonk zichzelf een groot glas vol Coca-Cola.
Hij gulpte het leeg.
Ook in één keer.
Tevreden zette hij het glas met een harde klap terug op de tafel.
"Toen het licht begon te worden, heb ik mijn moeder in Duisburg gebeld. Het is daar net zo warm als hier. Maar er zijn tenminste geen Schnarken..."
Hij tikte een paar keer met zijn vingers op het randje van de tafel.
"Moet ik misschien naar Duisburg gaan?" vroeg hij zachtjes.
En ineens keek hij heel beteuterd, professor doctor doctor.
23 - 29 april 2011
Vincennes (2), Amsterdam (5)