Gedurende het priemjaar 2011 maakt audiokunstenaar Harold Schellinx een geluidskiekje van tien seconden. Elke dag van de week, op steeds wisselende uren. Of hij nou in Amsterdam of in Parijs is, in Brussel of in Kyoto, in Brooklyn of in Wiesengrund. Iedere zondag hoor je op hard//hoofd de zeven geluidsprentjes van de week daarvoor, aaneengeregen tot een stukje van 70 seconden: de tijd die het ook ongeveer zal kosten om het bijhorende tekstje te lezen.
Op precies hetzelfde moment maakt fotograaf Pieter van Wynsberge ergens een foto...
SEVENTY SECONDS [ 15 / 52 ]
Toen ik een keer op een lentemiddag door één van de vele weidse en vrijwel lege hallen van de Hele Grote Bibliotheek liep, kwam er van de andere kant een meisje aan. Ik kende haar. Het was Isabelle, die toen nog in het Frans een proefschrift over Duitse filosofen schreef. Ooit raakten we samen in een dronken bui verzeild op een kamertje in een hotel bij het Gare de Lyon, waar ze bij wijze van voorspel uit het hoofd hele bladzijden Hegel in mijn oren fluisterde. Het werd een nacht om nooit te vergeten. Ze droeg een pak papier in haar armen en schudde driftig met haar hoofd. Haar plooien rokje ritselde presto en in tegenmaat mee met het klikken van haar hakjes. Toen ze me zag, begon ze breeduit te lachen. Ze droeg ook een beugel, die blinkerde in een brede baan zonlicht die juist op dat moment door een raam op haar gezichtje viel. Ze liep op me af en gaf me een dikke zoen op de lippen. ‘God bewaar ons,’ sliste ze. ‘We zijn verdoemd! Derrida heeft een mobieltje!’
Pas toen zag ik verderop de schrijver staan. Met een schouder nonchalant tegen een wand geleund, de benen gekruist, en aan zijn oor een mobiele telefoon, waarin hij ononderbroken praatte; met geloken ogen, en af en toe een vloeiend handgebaar.
Hij is nu al lang dood, natuurlijk.
9 - 15 april 2011
Brussel (5), Amsterdam, Brussel