Waar is de mediagekte? Dylan Meert had van ons Hollanders een heftiger debat verwacht.
Sinds augustus woon ik, een jonge Vlaming, in Amsterdam. Het eerste dat mij hier opvalt is dat iedereen staat te springen om hun mening te geven. Met zo’n mentaliteit zou je toch verwachten dat men het politieke debat heftig, intens en overal zou voeren? Blijkbaar niet. Het politieke debat verloopt erg binnen de lijntjes, met vooraf gereguleerde plekken waar de affiches allemaal netjes naast elkaar ophangen. ‘Orde en netheid’ blijft, na alles, toch waarde nummer 1 van de Nederlanders.
De kakafonie aan meningen komt dan wel weer naar boven in het feit dat er zo belachelijk veel partijen zijn. Het is alsof men aan elke denkrichting en elke politieke nuance gehoor moet geven. De Vlaamse politiek is op dat vlak meer braaf en traditioneel: drie partijen op links en rechts en één in het midden. Bij ons zit net het verschil in politieke nuance over de taalgrens heen. In principe is er een één op één kopie van partijen en ideologie, verdeeld over Frans- en Nederlandstaligen, bijvoorbeeld Open VLD in Vlaanderen en MR in Wallonië. Maar in realiteit is het gehele Vlaamse politieke spectrum rechtser dan het gehele Waalse politieke spectrum. Dáár tref je de interne verdeeldheid van België aan, met de NV-A die dit vervolgens gebruikt als voedingsbron. De verdeeldheid van de Nederlanders uit zich in het secuur vertalen van de wil van bepaalde bevolkingsgroepen, met als gevolg een gigantische groep aan partijen. Maar eigenlijk is dat een privilege, want het probleem van polarisatie is minder fundamenteel dan tussen Vlamingen en Walen. Au fond blijven jullie Nederlanders.
Hiernaast is er vergeleken met Vlaanderen ook een doorgedreven individualisme en haantjesgedrag in de politiek. Op een heel Nederlandse manier is conformiteit aan de partij geen waarde. Als je niet akkoord bent met de partijlijnen is het eerder de bedoeling dat je een eigen partij opricht dan dat je flink je mond houdt en subtiel de koers probeert te veranderen. Er is in Nederland dan ook meer ruimte en opportuniteit om dit eerste te doen. Dit komt omdat media en politiek in Nederland dichter met elkaar vervlochten zijn, waardoor men het politieke spel meer voorstelt als een persoonlijk verhaal. Het slimme gebruik van media leidt dus tot het snel vinden van een nieuw publiek voor een nieuwe politieke partij, alsook de efficiënte verspreiding van hun boodschap. In België hebben politieke partijen niet zo’n uitgewerkte communicatiestrategie, met als gevolg dat actualiteitenprogramma Terzake vol fascinatie de meetups van Jesse Klaver bespreekt. Ook zijn er niet echt politici die veel belang hechten aan het cultiveren van een mediapersoonlijkheid. Enkel Bart De Wever heeft dat tot nu toe gedaan, één van de redenen waarom de NV-A nu de grootste Vlaamse partij is.
Maar toch hou ik ervan, van dat gedoe, dat drama en dat politieke heen-en-weergetrek. De manier waarop er een intellectueel klimaat ontstaat dat wel netjes en geordend verloopt, maar toch heel pittig het debat voedt, om zo een dynamische maatschappelijke opinie mogelijk te maken. En dat is één van de redenen waarom ik in Amsterdam ben gaan wonen. Bij die Nederlanders met hun ongevraagde, maar altijd hoogst noodzakelijke, mening.
Beeld: Flickr.com