"De conducteur moet ook iets gevoeld hebben, maar hij durft haar niet aan te kijken en loopt door." Soms is een trein meer dan een vervoersmiddel.
Het is nog te vroeg om te praten of te sms'en. Jessi klapt het tafeltje van de stoel voor haar in en dan weer uit, in en uit. Ze stopt abrupt. Er kronkelt iets in haar buik. Zat er iets raars in de koffie? Het kronkeltje verandert in een stroom die door haar middenrif siddert. Ze probeert het te onderdrukken. Vooral niemand aankijken. Buiten rookt de fabrieksschoorsteen een dikke wolk. Ze krijgt kippenvel. De rookpluim streelt haar huid. De man in krijtstreeppak naast haar leest met open mond de krant. De tijd stroomt langzamer, breder. De strepen op de bekleding van de treinstoelen kantelen haar kant op, lijkt het. In Utrecht moet ze overstappen. Zodra ze op het perron staat, zijn de kronkels in haar buik verdwenen. De intercity naar Den Bosch heeft vertraging. De wind waait tussen haar benen. Koud. Haar mobiel rinkelt. Haar boeker vraagt of ze eind volgende maand nog een fotoshoot kan doen.
"Dan kan ik," zegt ze, en: "ik moet iets kwijt, echt bizar, gênant ook."
"Oh?"
"Ik werd net overvallen door een onvoorstelbare geilheid," zegt ze.
"Joh, dat heb ik iedere dag."
"Ja nee, dit is anders, het kwam uit het niets, maar overspoelde m'n hele lijf. Er was niks opwindends in de buurt en toch vond ik alles geil. Het was... in de hemel zat iemand aan een geilheidsknop te draaien."
"Jessi, je moet gewoon met iemand naar bed."
Er is nog plek naast een oma. Verderop klinken beats uit een koptelefoon. De trein suist. Daar is dat gevoel weer, ze hoopte er al op. Niemand in haar coupé is in de verste verte aantrekkelijk, toch waant ze zich een zenuwachtig pubermeisje in het jongenskleedlokaal. Over de stoelen kijkt een kale man haar kant op, maar als ze terugkijkt draait hij weg. Op haar panty zit vast al een vlek. Legde er maar iemand een hand tussen haar dijen. Was er maar een jongen van zestien die ze stiekem af kon trekken, dat zou haar over het randje helpen. De conducteur vraagt om de vervoerbewijzen. Het is haar kaartje dat hij vastpakt, maar ze voelt zijn grip in haar buik. De conducteur moet ook iets gevoeld hebben, maar hij durft haar niet aan te kijken en loopt door. Ze houdt het niet meer, staat op. Twee vrouwen bekijken de labeltjes van een nieuwgekochte trui; het zijn haar schaamlippen die worden opengelegd. Een zakenman telefoneert. Zijn mond likt en hapt tussen haar benen. Raketjes schieten vanuit haar tenen omhoog. Ziet niemand het? De trein remt. Het gepiep en geknars van de wielen voelt ze van haar stuitje tot kruin. In Den Bosch moet ze weer overstappen. Ze belt haar boeker.
"Sorry Alwin," zegt ze, "ik voel me zo raar."
"Weet je wat m'n vriend net zei," zegt Alwin, "die weet dit soort dingen, je hebt eigenlijk al seks... een soort voorspel, van veraf."
Zodra ze in de stoptrein stapt, geeft ze zich over. Haar medepassagiers sms’en. Hun berichten worden in een onherkenbare taal in haar oor gefluisterd. Man en vrouw, jong en oud, ze willen haar allemaal. Ook mannen die haar anders nooit zien staan, mannen met stoppelbaardjes en grijze slapen. Als twee ogen haar steels aankijken, grijnst ze. Men aanbidt haar. Alles om haar heen windt haar op. Waarom toch telkens in de trein? Wekt het ritmisch gebonk op de rails iets pre-orgasmisch op? Twee rijen verder typt iemand op een laptop. Ze kijkt zo op het zwarte scherm met witte letters. Iedere ingedrukte toets voelt als een kus op haar huid. Tussen het typen door knijpt de hand in een stressbal. Haar borsten gloeien op. Met haar vingers onder haar jas, tussen haar benen, voelt ze dat ze doorweekt is. Ze wil een pik in haar hand, in haar mond, in haar kont. Een kleine of zelfs een grote. Kom maar. De typende jongen kijkt om. "Voel hoe nat ik ben," denkt ze. De jongen knijpt in de stressbal, typt nog een regel. Met een schok beseft Jessi – zonder te lezen – dat ze weet wat hij typt. Ze staat op, ziet zijn blonde kruin. Al de hele ochtend typt hij over het landschap, de treinstoelen, de passagiers en haar. Nu. "Sta op," typt hij, denkt zij. "Neem me mee naar het wc-hokje," denkt zij, typt hij. Hij klapt zijn laptop dicht en staat op.
--
Dit is een gastbijdrage van Dirk Vis. Dirk is kunstenaar en redacteur van literair tijdschrift De Gids.