Natgeregende spinnenwebben. Een ondernemer langs de A15 die zich ‘De Hardsteenstunter’ noemt. Dat je nooit écht aan de wolken went. Verwaarloosde bosjes achter HERAS-hekwerk. De onderkant van een omgewaaide boom. Liedjes waar je al jaren niet meer aan gedacht hebt, zoals ‘Touch me There' van Total Touch. De handtekening van de meeste mensen. Een achterbuurt herkennen aan de hoeveelheid matrassen op straat. Namen als Initial Hokatex.
Twee spelende hondjes die naar dezelfde naam luisteren, maar vooral het feit dat ze er allebei niet naar luisteren. Beleefd een lief aangeboden maar vieze snack afslaan. Dat je batterij uitvalt terwijl je al twaalf minuten in de wacht hangt. Een slogan met een spelfout. Lezen met een zaklamp onder de dekens. Een idyllische plek uitschelden als je chagrijnig bent. Witte boterhammen met roomboter en extra grote korrels pure chocoladehagelslag. Een foto met veertien tags en twee likes. De gave om een nieuwbouwhuis knus in te richten.
Een man met een huidziekte in het bubbelbad. Twee rotan stoelen naast een parkbankje. De geur van nieuwe sportschoenen. Mensen die op hun scooter zitten te wachten tot hun hond klaar is met poepen. Dat je soms gewoon ‘ogen dicht en kopen’ tegen jezelf kunt zeggen. Gemeenteslogans, zoals ‘Samen aanpakken en genieten’ van de gemeente Asten, of ‘Venray, focus op mensen’. Grote hoeveelheden luchtbelletjes op parksloten. Hoe vies de bonuskaart aan je sleutelbos eigenlijk is. Dat de weg door het Vondelpark Zomerweg heet. Altijd.
De romantiek van een buitentoilet. Een boerka met een zonnebril. Chanety en Landry, die samen de servicebalie bestieren. Dat populieren altijd in rechte lijnen in het landschap staan. Een volstrekt willekeurige zin die de hele dag in je hoofd blijft zitten. Dat honden zich nooit af hoeven vegen. Dat ik meeuwen associeer met ofwel de zee, of met stadsafval, en ze mijn zee-beleving dus verpesten. Maar dat ik toch veel vaker in de stad ben.
Mensen die moeiteloos op hun vingers kunnen fluiten. Mannen die niet in de spiegel kijken na het douchen. Iets viezers proberen te bedenken dan de natte pleister van een vreemde. Het geluid van vallende eikels op straattegels. Het geluid van vallende eikels in de plomp. Dat de 06-nummers op dreigen te raken. Hoe het straatbeeld zou zijn wanneer vrouwen net zo openlijk gingen wildplassen. Dingen die ik vaker zou willen zien, zoals het zeisachtige mes van de kaasboer. De flessenlikker. De ouderwetse vogelverschrikker.
Het gezicht dat mensen trekken als ze doorhebben dat ze gefotografeerd worden. Dat de paardenbloem nog steeds bloeit. De Lada 4x4. Roken in een bruidsjurk. Dat de antroposofische arts op een briefje in de wachtkamer kenbaar maakt dat hij uit zijn bek stinkt vanwege zijn vastenperiode. Allemaal dezelfde HelloFresh maaltijden Instagrammen. Dat er een nieuwe strofe van het Gilgamesj-epos is gevonden. Ouderwetse scheldwoorden, zoals papvent. Dat de armoede afneemt. Het eerste mandarijntje van het jaar.
Dat ook de lelijkste woning iemands huis is. Kraaien die heel hard hun hoofd op en neer bewegen wanneer ze kraaien. Dat iedereen van mijn ouders’ generatie een servieskast heeft. Een man in een habijt die voorovergebogen door de motregen fietst, met fietstassen van ‘Netwerk VSP’. Dubbele plaatsnamen. Dat alle kleuren blaadjes nu tegelijk aan de boom hangen. Getuige zijn van mislukkende selfies. De roerloosheid van reigers. Maar bovenal: dat de gevulde speculaasstaven weer volop in de winkels liggen.