Beste John de Mol,
Mag ik u feliciteren? Het is u namelijk weer eens gelukt. Vijftien jaar nadat ik enige maanden aan de buis gekluisterd zat door de besognes van Ruud, Bart, Sabine en alle andere bewoners van het eerste Big Brother-huis (Maar wie waren dat? Ik kan gek genoeg alleen deze drie nog voor de geest halen), ben ik weer eens ernstig verslaafd geraakt aan een bedenksel van u. En ik was nog zo van plan om mij daar in de rest van mijn leven verre van te houden. Niets persoonlijks hoor, maar het leven is nu eenmaal kort en ik heb nog wel meer te doen. Hoe dan ook, ik geef het eerlijk toe, ik ben als een naïef kind in uw PR-praatje getrapt. Daar blijft u toch wel een absoluut meester in! Aan de tafel van Matthijs mocht u eind vorig jaar komen babbelen over uw nieuwe programma. In dit sociale experiment zouden vijftien mensen in een jaar tijd – vanuit een primitieve loods en vierentwintig uur per dag gevolgd door camera’s – proberen een nieuwe samenleving op te bouwen. En onder de kandidaten zaten voor de verandering niet uitsluitend mensen die beroemd wilden worden door zichzelf te wezen, maar ook daadwerkelijke idealisten. Ik vrees dat ik geen idealist ben – hoe dan ook geen daadwerkelijke – maar ik kijk wel graag naar ze. In uw programma worden de paar mensen die nadenken over een betere wereld maar irritant gevonden door de rest. Veruit het populairst in de groep zijn de mensen die ideeën hebben om veel geld binnen te halen. Ziet uw ideale samenleving er ook uit als een goedlopend bedrijf? U schijnt een groot deel van uw vermogen uit te geven aan goede doelen, maar misschien is dat een bijkomstigheid. Er is niets mis met bijkomstigheden.
Ik wil u ook danken namens mijn zus. U heeft toch ook een zus? De mijne woont tien minuten bij mij vandaan en haar jongste zoon en mijn dochter zijn beste vriendjes, dus u begrijpt dat we regelmatig bij elkaar over de vloer komen. Maar juist omdat we elkaar zo vaak zien hebben we steeds minder met elkaar te bespreken. Tot we er min of meer per toeval achter kwamen dat wij eenzelfde favoriete programma delen. Sindsdien WhatsAppen we bijna dagelijks over de kookkunsten van Vanessa, de grollen van Ruud, de waanideeën van Rienk en de stemmingswisselingen van Andrea. Het is met een zekere gretigheid dat wij deze zaken bespreken, omdat wij ons maandenlang nogal eenzaam hebben gewaand. We kennen voor de rest immers niemand die deze serie volgt. Mijn vrouw en zwager zijn zielsgelukkig dat zij nu eindelijk rust aan hun kop hebben. Als ik er bij mijn vrienden over begin word ik doorgaans straal uitgelachen. U moet begrijpen, in de kringen waar ik mij begeef wordt u nog wel eens als de duivel gezien. Ik hoop dat u het mij niet kwalijk neemt, maar ik denk dat dat een danige overschatting van zaken is. U bent niet verantwoordelijk voor al het kwaad in de wereld, slechts voor een bescheiden deel ervan. Maar u brengt dus ook mensen dichter bij elkaar. Misschien is dat een bijkomstigheid, maar wat is er mis met bijkomstigheden?
Illustratie: Merlijn van Bijsterveld
Mijn zus en ik hadden onlangs een interessant gesprek. Nadat ik hier en daar het gerucht had gehoord dat delen van uw programma gemanipuleerd zouden zijn, zag ik een filmpje uit de livestream (natuurlijk niet op tv uitgezonden) waarin een bewoner haar mond voorbij praat. Playmate Robin heeft de zware taak een medebewoner weg te sturen, maar laat aan worstelaar Emile doorschemeren dat die keuze eigenlijk al door de programmaleiding gemaakt is. Natuurlijk wil zij net als de rest van de groep de stelende, liegende en gospelzingende Andrea eruit hebben, maar toch is het de stoere, trouwe en hardwerkende Jimmy die het veld moet ruimen. In eerste instantie was ik laaiend, maar mijn zus nam het voor u op. ‘‘Jimmy was veel te stabiel, dat is psychologisch gewoon oninteressant. Jij kijkt toch ook juist voor romantiek, afgunst en achterklap? En voor ons kijkgenot mag John af en toe best een beetje in zijn schepping poeren,’’ zei ze en ze heeft gelijk. Het sociale experiment is natuurlijk alleen maar een vorm. De kern van uw oeuvre blijft uiteindelijk toch gewoon de soap. Een ideale samenleving is hoogstens een bijkomstigheid, al is er natuurlijk niets mis met bijkomstigheden.
Hoe langer ik erbij stil sta, hoe meer ik ervan overtuigd raak dat u eigenlijk nog wel wat meer zou mogen manipuleren. Een groot deel van de uitzendingen wordt nu in beslag genomen door keuvelende, klussende en badderende mensen. Dat is toch zó ‘99. Het kan allemaal gerust een stukje heftiger, dacht ik zo. Waarom niet een Benno L. naar uw programma sturen, of een Volkert van der G.? Het zal interessant zijn om te zien hoe een ideale samenleving meent om te moeten gaan met dit type medeburgers. Om maar eens te citeren wat Vanessa onlangs tijdens het nasi roeren zei: ‘‘Mij normens en waardens benne niet de jouwe normens en waardens, maar ge zulle er toch mee motte dealen’’. Het zijn uitspraken als deze, waardoor ik ondanks alles vertrouwen in de mensheid blijf behouden. Best een mooie bijkomstigheid.
Meneer de Mol, ik zie uit naar al uw toekomstige experimenten!
Alle goeds, ook namens mijn zus,
Een kijker