SEXY HAS A NEW NAME Althans, dat staat op de felroze zadelbeschermers waar alle fietsen achter het druilerige CS mee getooid zijn. Onder de slagzin staat dat je maar lekker lingerie, speeltjes en olie moet komen kopen. Ik vraag me af hoeveel mensen met een klamme bips van hun natgeregende zadel daadwerkelijk langs zullen fietsen en zie de gruizig ogende Seksshop Miranda in mijn oude straat voor me. Een perfect gekozen naam binnen het seksshop-genre, is het niet? Miranda. Seksshop-seks. Net als Brenda naar mijn mening, of Juanita. Dames met glimmers en glans, niets aan de hand behalve goeie jetsers, veel kant en plastic. Een seksshop zal vast nooit Grieteke heten, of Marjan of Kristien. Wacht. Kristien misschien wel, zeker op z'n Frans - Christine! Christine le Duc! Seks!
Wat ís eigenlijk een sexy naam? overpeins ik op mijn roze zadelbeschermer. Laatst las ik dat Nikki de meestgebruikte pornonaam is, wat ik gelijk aan mijn vriendin Nicole berichtte, die ik altijd Nikki noem omdat ik dat juist zo’n lieve naam vind. Wat bleek: ook haar vriend prijkte boven aan de pornolijsten. Zou dat toeval zijn? Wat maakt een naam eigenlijk aantrekkelijk? In feite niets natuurlijk want het zijn maar letters, maar hoe vaak ben ik nou serieus verliefd geweest op iemand met een naar mijn smaak afgrijselijke naam? Ok ok ok. Ik ben weleens verliefd geweest op een Frans (ik, gehaast verontschuldigend na iedere introductie: “Ja maar ik noem hem nooit Frans hoor ik noem hem altijd Maurits eigenlijk is hij ook helemaal geen Frans vind je ook niet ja he gek he?”). En op een Dries. Feromonen versus namen: 2-0. Toch durf ik te stellen dat zoiets relatief niet zo heel vaak voorkomt, oftewel dat de meeste mensen toch voornamelijk naar liefjes vissen binnen hun eigen naamspectrumvijver. Hoe vaak heb ik jongens bijvoorbeeld niet horen zeggen dat Merels of Julie’s (of Nina’s of Sara’s) altijd zulke leuke chicks zijn? En durf ze eens ongelijk te geven!
Foto: Gabor Roozen.
Ik besluit tot een mini-onderzoek naar mijn persoonlijke liefdesnamengeschiedenis en zo kom ik er allereerst achter dat het Meertens Instituut werkelijk een fantastisch apparaat heeft om een dagdeel aan te verkwanselen: de voornamendatabase. Hier kun je zien in welke streken van het land een bepaalde naam het meest voorkomt, hoelang deze naam al gebruikt wordt en hoe populair hij is (en is geweest). Wat leer ik zoal? Om te beginnen dat meisjesbaby's in ieder geval al vanaf 1880 Laura worden genoemd. Bij jongensbaby’s doet Laura het slechts goed als tweede naam. Wij, de meisjesLaura's, zijn vooral populair in Amsterdam, Rotterdam en Groningen (ha! ik kom uit alledrie!) en er is één gemeente - als ik de verspreidingskaart moet geloven - waar de laatste vijf jaar geen enkel Lauraatje is geboren: Rozendaal (de gemeente die alleen door Vlieland en Schiermonnikoog wordt verslagen in lage inwoneraantallen; bekend van de Kappelenberg, jeweetwel).
Ook leer ik van het Meertens Instituut dat de naam Dylan - ik noem maar even een afschuwelijke naam (sorry Dylan) - pas vanaf 1963 wordt uitgegeven in Nederland. En qua populariteit piekt in 1993, wanneer ook 2 Unlimited, René Klijn en Haddaway hun hoogtijdagen beleven. Staat dit naambeeld model voor mijn verhouding tot mannennamen: hoe recenter hun piek, hoe lelijker ik deze namen en bijbehorende tronie van hun dragers vind (en dus hoe kleiner de kans ze terug te vinden tussen mijn verliefdheden)? Mijn theorie gaat inderdaad op voor de Brandon waar ik nooit verliefd op ben geweest (in Nederland vanaf 1980 en hij piekt in 1992 samen met Dr. Alban, Snap! en Double You). Voor de door mij nooit beminde Remco (vanaf 1960 met een piek in 1975 met ZZ Top, The Eagles en Black Sabbath) gaat hij ook op. Een zekere Melvin (1970, en alweer een piek in 1993). Een zeer slecht mannenjaar wat mij betreft, 1993 - het leeftijdsaspect ervan nog buiten beschouwing gelaten.
Ik ga helemaal los op deze pagina. Mijn exen en jammerlijk misgelopen exen gaan er één voor één doorheen, te beginnen met mijn eerste grote liefde Don-Diëgo. De ten tijde van ons aanstaande huwelijk zevenjarige Don-Diëgo, die (ook ten tijde van ons aanstaande huwelijk) elke dag in een blauw geblokt jurkje liep, blijkt de enige uitzondering: hij heeft zo’n prachtig pompeuze naam dat er niet eens een tabel voor gemaakt is. Als ik de grafieken analyseer komt er een specifiek soort naam naar voren waar ik steeds als een blok voor gevallen ben. Don-Diëgo dus buiten beschouwing gelaten bleken het namen die al gestaag populair waren vanaf 1880, die in de periode van de Wederopbouw aan een langzame opmars begonnen en hun hoogtepunt bereikten iets voor mijn geboorte, in de jaren zeventig. Sexy heeft, waar het mijn smaak betreft, een eeuwenoude naam.