"Godverredommese toetsenborden! Alle letters staan door mekaar! Helemaal niet gewoon A!" Joop schreeuwt de letter 'A' terwijl hij een denkbeeldige toets indrukt. "B! C! NÉÉ! Alles door de war!"
Rondom wordt halfslachtig meegeknikt.
Ik drink bier op het terras van een buurtkroeg en laat me naast toetsenbordellende informeren over leverpuncties, bijstandsperikelen, zedenzaken en blikschade. Iedereen mankeert op zijn minst íets gruwelijks (of weet het van de buurman), maar Joop heeft even het hoogste woord. Hij bestelt 'nog een bolletje' en schreeuwt dat het allemaal zo verdomde ingewikkeld moet tegenwoordig.
"En dan shift! En enter! Wat is énter? Waarom moet dat nou allemaal in het Engels?"
Adri geeft mij een knipoog. "Jij bent lief," fluistert hij. "Ja, ik kan ook heus wel gaan lopen zeggen dat je mooi bent ofzo hoor, maar dat is zo ouderwets. Niet dan? Jij bent een goeie. Jij bent nou echt lief.” Hij smakt zijn lippen een paar keer op elkaar zoals dronkemannen dat goed kunnen en staat redelijk soepel op voor het aantal bier dat ik hem heb zien wegzetten. Niet veel later komt hij terug met nog 'een bolletje' voor Joop, een glas rode wijn voor Karel die eigenlijk Carl heet en altijd zwijgt, en twee vaasjes. Eén voor hem en één voor mij. Het stel naast ons krijgt niets, want zij halen ook altijd alleen maar voor zichzelf. Komt door de sossa, weet Adri. Iedere dag zitten ze ‘lekker aan de pep’. De man drinkt jenever en zijn vrouw fluitjes en af en toe gaat een van de twee even naar huis, twee deuren verderop. "Om te schijten, wat denken jullie dan?" buldert hij. Zijn vrouw komt direct bij onze tafel staan zodra hij weg is.
.
"Hejaut?" Ze tolt op haar benen en is niet te verstaan door de funeste combinatie van verkrampte cokekaken en een alcoholdoordrenkte slappe tong. Hejaut, blaft ze nog een paar keer, waarbij ze naar mij wijst. Of je een auto hebt, tolkt Adri in antwoord op mijn niet-begrijpende blik. Ik knik voorzichtig.
"Geef." snauwt ze.
"Geef wat?"
"Sleutels." (slusj)
"De autosleutels?"
"Ik wil een stukkie rijden." (uwilsjtukjrijjj)
Ik ben de enige die in lachen uitbarst. Wanneer haar man vanaf het balkon schreeuwt dat ze boven moet komen, is ze gelukkig direct weg.
"En nou moet jij maar eens wat vertellen." Adri verschuift zijn stoel zo, dat hij mij recht aankijkt. Ook Joop en Karel draaien mijn kant op.
"Ja," roept Joop, "spreek jij Engels? Wat betekent enter?"
"Ergens naar binnengaan," antwoord ik, zonder over de context van toetsenborden na te denken.
"Jaaaaaaaa, zie je!" brult hij. "Dat bedoel ik! Snap jij dat nou? Enter? Er-re-gens naar bin-nen-gaan?"
Voor ik mijzelf kan verbeteren heeft Adri op zijn smartphone al 'enter' opgezocht. Hij houdt het scherm vlak voor zijn gezicht en declameert: "Betréden, bínnengaan, ínvoeren, bínnenkomen, bínnendringen, ínschrijven, bínnenlopen, boeken. Bóéken? Nouja. Intreden! Steken! Aantekenen! Opschrijven!" Hij gaat steeds harder praten en wrijft onderwijl over zijn kogelronde buik. "Indoen, insteken, lid worden van, zich inspannen... KIJK DAAR HEBBEN WE SIDO!" Nu brult hij ook.
De hoofden verplaatsen zich van Adri naar de reusachtige gestalte op de hoek van het plein.
"Sido heeft een ziekte," oreert Adri op meer beheerst volume verder, hij voelt zich duidelijk prettig bij de aandacht. "Hij mag maar anderhalve liter vocht per dag. Dat houden ze bij en dat wordt dan elke avond aan het ziekenhuis gemaild."
"Met de computer?" schreeuwt Joop, terwijl hij nog steeds naar Sido kijkt.
"Met een machine die automatisch alles doormeet. Een soort computer ja." Adri heft zodra Sido binnen gehoorafstand is zijn arm. "Sido, kom erbij, we hebben het net over je. Sido," zegt hij, en draait zich smiespelend naar mij, "heeft besloten van die anderhalve liter vocht zoveel mogelijk dropshots te drinken. Nou moet jij maar eens zeggen hoeveel je denkt dat dat er zijn." Hij staat op en zwaait met een groots gebaar naar de barvrouw, die achter het donkere spiegelglas een tijdschrift leest. Dan wijst hij naar Sido en mimet dat hij razendsnel een drankje achteroverslaat.
Ik heb gelukkig ook een smartphone, waarvan ik mijn rekenmachine moet gebruiken om anderhalve liter door de 40 milliliter van een shotglas te delen.
"Zevenendertig en een half." stamel ik in een mix van stomme verbazing en angstvallig respect.