In het Cadavre staren schrijvers nooit naar een leeg vel papier. Ze gebruiken de laatste zin van hun voorganger als begin voor iets nieuws. Zo spelen ze een woordspelletje dat al jaren geliefd is bij verveelde kinderen en Parijse surrealisten.
Vandaag schrijft Tim Nikken verder met de famous last words van Edna Azoulay.
Het heetst van de dag moet nog komen. Toen ik vanochtend wakker werd legde ik mijn vinger op de kookplaat van het Moulinex-koffiezetapparaat. Dit doe ik dagelijks om te kijken of de plaat al warm genoeg is om koffie te zetten.
Vandaag was de plaat heter dan warm. Ik was even in gedachten verzonken en zag het witte gevaarte zichzelf verkneukelen om mijn onoplettendheid. Het is een dagelijks spel van zijn opwarmen tegenover mijn langzaam wegebbende concentratie. Nog nooit eerder echter had ik zo grandioos verloren als vandaag. Het probleem was niet slechts de hitte, maar ook mijn onachtzaamheid in het net wat te lang plaatsen van mijn vinger op de plaat.
Ik voelde het metaal op mijn bovenste huidlaag schroeien – de waarschuwing kwam ongeveer onmiddellijk. De hitte bereikte op dat moment een bijzonder niveau. Ik weet zeker dat het apparaat extra zijn best deed – zoals de zon af en toe een extra vlam uitstoot wanneer er chemische en natuurkundige processen plaatsvinden. Na het loslaten van de plaat was er geen zichtbaar gat in mijn vingertop gebrand, maar de roodheid en rauwheid van mijn vinger vertelde me dat er heftige schade was aangericht, waarschijnlijk op microscopisch niveau.
Als een goede burger zette ik vervolgens de kraan aan die me met een prettig lopende straal koel water uitnodigde om mezelf te genezen. Met focus en concentratie – had ik die net maar gehad – doopte ik mijn vinger in het water. Het water zuiverde de top van mijn vinger. Dat had ik niet verwacht. Ik zag het rood verdwijnen, het rauw verdwijnen en de huid zich langzaam herstellen. Het was alsof het water me bewust probeerde te maken van alle dingen die me even hiervoor zo onbelangrijk leken.
Dankbaar prevelde ik wat woorden en begreep wat een zondaar ik geweest was – vanaf nu zou alles anders zijn. Ik dacht aan God en was blij dat hij weer met mij communiceerde. Ik wist: het heetst van de dag is geweest. Voortaan ga ik gewoon even lekker wachten tot het lampje van het koffiezetapparaat aangeeft dat de kookplaat op temperatuur is.
Tim Nikken is schrijver, doet af en toe zaken als literair agent en werkt als consultant op de Zuidas. Hij verwondert zich dagelijks over de constante, maar ook onvoorspelbare menselijke conditie.
Annelien Smet is een Gentse illustratrice wiens werk is verbonden met muziek. Voor elk werk luistert ze onophoudelijk naar één nummer om in een sfeer te blijven. "Een nummer dat goed gemixt is, genoeg 'ademt' en mijn binnenste met een diepe bas doet daveren. Dat inspireert."