Het ideale voedingspatroon lijkt algemene kennis. Gewoon de schijf van vijf, 200 gram groenten en fruit per dag, geen snoep en vette dingen, op geregelde tijden eten. Klaar! Maar zo werkt het helaas niet in de praktijk. Iedereen heeft wel eens een vreetbui, al dan niet geïnduceerd door sfeerverhogende middelen. Met een beetje doorzettingsvermogen krijg je er wel een zak chips doorheen op een luie zondagavond. Even zo vaak heeft men voornemens dit onbeschaafde eetpatroon radicaal te veranderen en de broekriem weer wat aan te trekken. Niets aan de hand, zolang deze gewichtsconjunctuur in balans is. De extremen aan beide kanten van de beruchte jojo zijn echter niet zo onschuldig. Als je je constant volvreet en je eten er daarna op alle mogelijke manieren weer uit laat komen, heb je Boulimia nervosa. Als je je daarentegen pertinent onthoudt van voedsel en een obsessieve angst hebt om aan te komen, heb je Anorexia nervosa. Deze stoornissen hebben grote lichamelijke en geestelijke consequenties - anorexia heeft het hoogste sterfteaantal van alle psychiatrische stoornissen. Eat that.
"O ik heb echt ZO veel gegeten vandaag, nee ik hoef nu echt niets meer," "Ja ik heb gister OOK een rol koekjes opgevroten, zo stom, ik moet vandaag echt even wat minder eten" en "Je MOET me meenemen naar de sportschool, ik kan zo echt niet in m’n bikini verschijnen." Het zijn hele herkenbare redenaties die anorexiapatienten aandragen om hun opvallende gebrek aan eetlust te verklaren. Sowieso praten ze extreem vaak over eten, alsof het discours de afwezigheid van daadwerkelijke consumptie kan compenseren. En om het te verbloemen voor de buitenwereld natuurlijk. De meeste patienten vinden zelf dat er absoluut niets met hen mis is, maar hebben wel door dat de omgeving daar soms anders over denkt.
Ik moet eerlijk bekennen dat ik anorexia vaak afdoe als een luxeziekte, iets wat je je alleen kunt permitteren als je al genoeg hebt. Het feit dat je jezelf als welgesteld en onderwezen persoon moedwillig uithongert om te voldoen aan een illusionaire perfectie, en daarbij je lichaam volledig ruïneert, gaat er bij mij niet in. Sterker nog, ik vind het walgelijk en ondankbaar. Ik denk altijd, stel je niet zo aan en eet gewoon normaal, maar dat blijkt dan weer niet te kunnen. Maar is het echt alleen de torenhoge sociale druk die jonge meisjes ertoe leidt het pad van die ene appel per dag te kiezen? Zijn het wel de Holland’s Next Top Model programma’s en de Pro Ana websites die ons gezonde verstand doen bezwijken en de afvalrace richting ‘size zero’ instigeren?
Anorexia komt bij ongeveer 0,3% van de vrouwelijke bevolking voor. Aangezien men in sommige landen wel wat beters te doen heeft dan de prevalentie van anorexia te onderzoeken, zijn deze getallen voornamelijk op de Westerse wereld toepasbaar. In het licht van het heersende mode-ideaal à la ‘meetlat zonder gezichtsuitdrukking’ lijkt dit best weinig. Toch zijn er alleen al in Nederland zo’n 180.000 mensen met anorexia - en dat zijn alleen nog maar de gevallen die onder behandeling zijn. Dit kunnen echter niet puur slachtoffers van de huidige modetrends zijn, aangezien anorexia enkele eeuwen geleden ook al voorkwam.
Om gediagnosticeerd te worden met anorexia nervosa moet je ondermeer een extreem laag gewicht hebben (tot 85% van een normaal gewicht, of een Body Mass Index (BMI) lager dan 17,5), een obsessieve angst om aan te komen en een verstoord lichaamsbeeld. Belangrijke kenmerken zijn ook perfectionisme, ontkenning van de ziekte, lusteloosheid, een verhoogde pijngrens en het uitblijven van de menstruatie. Dit laatste is een directe oorzaak van de ontregeling van je hormoonhuishouding en een ernstig tekort aan bepaalde voedingsstoffen. Behandeling is lastig omdat patiënten vaak ontkennen dat er iets mis met ze is en daarom geen motivatie hebben beter te worden. In de spiegel zien patienten zichzelf veel dikker dan ze in werkelijkheid zijn. Dit komt niet omdat er iets mis is met hun waarnemingsvermogen, maar de beoordeling van de verkregen informatie in de hersens gaat verkeerd. Soms beseffen mensen het pas na het bekijken van foto’s van zichzelf; fototherapie wordt steeds vaker ingezet. 'Say cheeeese!'
Hoewel er nog geen consensus is over de biologische oorzaken van anorexia, worden enkele feiten algemeen erkend. Meer dan de helft van de ziekte wordt door erfelijke factoren bepaald. Dat is evenveel als bij psychiatrische stoornissen als schizofrenie en manische depressie – een reden om anorexia als biologische stoornis te beschouwen.
Er is ontdekt dat veel mensen met anorexia al vroeg in de kindertijd last hadden van angst- en depressiestoornissen en 'obsessive compulsive disorder.' Volgens de meest gangbare theorie raakt men verstrikt in een vicieuze cirkel. In een poging de, wellicht onbewuste, angsten te verminderen, wordt voedsel vermeden. Serotonine speelt bij dit proces een cruciale rol. Serotonine is een stof die betrokken is bij veel psychiatrische ziektes, bij je humeur, eetgedrag, angst en obsessief gedrag. Hoe minder koolhydraten je binnenkrijgt, hoe minder serotonine je hersens aanmaken, waardoor je angsten automatisch onderdrukt worden. Het niet eten levert zo een tijdelijke opluchting van de negatieve gemoedstoestand en voelt dus 'prettig'.
Het gewichtsverlies en de ondervoeding hebben op hun beurt echter weer allerlei effecten op je hormoonhuishouding, wat uiteindelijk resulteert in méér angsten en depressies. Om deze nieuwe angsten en depressies tegen te gaan, wordt er nog minder gegeten, en zo ontstaat de magere cirkel. De relatie tussen eten en angst wordt nog verder bevestigd door het feit dat patiënten verhoogde angstreacties vertonen wanneer ze met eten in aanraking komen – ook als ze er alleen maar naar kijken. Het lijkt er op dat mensen met anorexia uithongering nastreven in een poging aan de negatieve consequenties van eten te ontkomen.
De hoeveelheid serotonine wordt nog eens extra beïnvloed door de hormonen die vrijkomen wanneer meisjes gaan menstrueren. Deze hormonale veranderingen in combinatie met alle psychosociale druk maken dat je in de puberteit erg kwetsbaar bent om anorexia te ontwikkelen. Bij jongens zijn deze hormonale veranderingen verschillend, en dat verklaart ten dele het sekseverschil - slechts ~10% van de anorexiapatiënten is mannelijk.
Het lijkt er op dat mijn scepsis plaats moet maken voor de acceptatie van gedegen biologische antwoorden. Zeker gezien het feit dat de ziekte zich zo lang geleden al voordeed, is de conclusie simpel. Óf het mode-ideaal is de afgelopen eeuwen niet veranderd en Rubens zat er met zijn muzes helemaal naast, óf anorexia is gewoon een psychiatrische ziekte. Het huidige milieu heeft hier waarschijnlijk wel een negatieve invloed op, maar is er niet de directe oorzaak van. Zolang de verschijning van het kijkcijferkanon 'the Anor-Xfactor' nog even op zich laat wachten, komt het vast allemaal dik in orde!