Soms zit je ineens weer op een net niet gezellig huisfeestje, de verjaardag van een oude vriendin die je steeds minder vaak ziet. Je kent elkaar nog van de middelbare school en ondanks het feit dat jullie inmiddels genadeloos uit elkaar gegroeid zijn, ben je toch uitgenodigd voor haar feestje. In een zweem van optimistisch 'oude banden aanhalen' en zin in een onvoorspelbare avond stap je met een vriend in even vrolijke stemming haar kamer binnen. Maar in plaats van dat mensen bier voeren aan de kat en er schunnige moppen door de keuken vliegen, zie je een bedeesd, ranja drinkend gezelschap met gekamde haartjes dat rustig in een kringetje zit. Met een stom lachje verdwijn je weer achter de deur van de studentenkamer. Dan maar op zoek naar de keuken, daar gebeurt meestal meer. Of het balkon, waar de rokers hun eigen feestje vieren. Maar in de keuken likt alleen de kat haar laatste melk op, en op het balkon staat een kalende man shag te roken, die zich voorstelt met 'noem me maar oom'. De vriend die je mee had genomen heeft de kast met sterke drank nog steeds niet gevonden en kijkt beteuterd. Wat nu?
Met een beetje geluk woont deze vriendin in een studentenhuis met gedeelde keuken, badkamer en wasmachine. En bij zwetende en feestende studenten hangt er altijd wel een rekje vol frisgewassen kleding in het trapgat. Zoek de leukste was uit en verkleed je samen: hilariteit gegarandeerd. En nadat je je hebt verbaasd over haar pikante ondergoed of de ouderwetse hemden van haar vriendje proost je nog op een lang en gelukkig leven en ga voldaan, met een sok om je arm het huis uit.