Het is de moeite waard om de waanzinnige weidse vertes van George Clinton en zijn band Funkadelic helemaal te verkennen, maar dit nummer is een goed begin. Ik heb het over de titeltrack van het album Maggot Brain. George Clinton was de soeverein van zijn eigen genre in de jaren zeventig. Wat eens R&B was, vormde deze creatieve gek om tot LSD op vinyl. Vaak funky, maar niet altijd. Hij bewoog zich met groot gemak over de grenzen van conventies en verzamelde uitmuntende muzikanten om zich heen in twee formaties: Parliament en Funkadelic. Voor het begin van Maggot Brain ontlokte hij aan gitarist Eddie Hazel een duizelingwekkende, tien minuten durende gitaarsolo, door hem te vertellen dat hij moest spelen alsof hij net gehoord had dat z’n moeder was overleden.
Eddie Hazel jamde zichzelf naar eenzame hoogtes en kwam kort daarna ten val door drugs. Zoals het een briljant muzikant betaamt, lijkt het wel. Zijn verslaving had hem al eerder de bijnaam ‘Maggot Brain’ opgeleverd en resulteerde in ruzies met Clinton. In 1974 ging hij een jaar de bak in en tegen het eind van de jaren ’70 was hij min of meer afgeserveerd.
Voor de liefhebbers is er nog een soloalbum dat Hazel in 1977 opnam, getiteld Game, Dames and Guitar Thangs. Grote roem is uitgebleven en Eddie Hazel is door een leverziekte uiteindelijk langzaam weggekwijnd. ‘Maggot Brain’ is echter een onvergetelijk testament van een man die gitaar speelde alsof zijn vingers in brand stonden en alleen de snaren verkoeling gaven.