De Schepping is mij dierbaar. Wel eet ik minstens tweehonderd gram vlees per dag en is de geestdrift waarmee mijn huisgenoten afval scheiden mij vreemd. ‘Don't you wanna save the planet?’, vraagt mijn huisgenote me geschokt als ze ziet dat ik al mijn afval in dezelfde bak smijt. Dolgraag, maar hoe fiks jij die schone planeet als je niet eens in staat bent je spetters van de plee te verwijderen nadat je je ontlast hebt?
Betreffende mijn overdreven vleesverbruik: ik lijd honger als ik geen vlees eet. Een poos probeerde ik het flexitariërschap; bergen linzen, kikkererwten en tofu deden het geknor van mijn maag niet verstommen. Ik sport veel en mijn bijbaantje is ook nog eens eten rondfietsen. Dat laatste is duurzaam, denk je misschien, totdat je weet dat uitstekend materiaal wordt afgedankt bij het minste of geringste defect. Aan mijn kapstok hangt nu al een aantal maanden een ritsloos roze regenjasje dat ik van de vuilnisbak redde.
Zonder dierlijke proteïnen voel ik mij zo slap als een vaatdoek. Toen Kees van der Staaij werd gevraagd wat hij van de vleesloze barbecue van de PVDD vond en hij met gepijnigd gelaat antwoordde dat een barbecue zonder vlees net zoiets als alcoholvrij bier is, wilde ik mij bijna bij de Staatsgereformeerden aansluiten.
Toch gaat al die klimaatverandering ook mij niet in de koude kleren zitten en voel ik me rot om mijn milieuvervuilende levensstijl. Daarom heb ik een paar maanden terug een nieuw fenomeen verzonnen: de Flexidouchiër. Als je flexi doucht, gebruik je slechts soms warm water, gelijk als de flexitariër die soms vlees eet, maar meestal niet.
Je wasbeurt duurt hooguit vijf minuutjes, koud douchen is immers frisser dan de ballen van Wim Hofman. Mensen die altijd warm douchen verspillen veel water en gas. Dat is niet best. Bovendien schijnt een koude douche goed te zijn voor je gestel, huid en spierherstel.
Anders dan alle vleesweigeraars die menen dat men zich aan hun afwijkende dieet dient aan te passen, en die ook nog eens vreemd opkijken als je uitlegt dat jij uit gezondheidsoverwegingen toch echt een stukje vlees bij de maaltijd moet hebben, is de flexidouchiër niemand tot last. Koud water heb je overal.
Dus als ik de douche instap, pak ik de kop en richt hem op mijn voeten. Vervolgens maak ik voorzichtig mijn onder- en bovenbenen nat, om een beetje aan de kou te wennen. Dan neem ik een diepe zucht en zet ik de straal zonder aarzelen op mijn hoofd. Terwijl ijskoude waterstralen mijn schuldgevoelens de afvoer in spoelen, spring ik op en neer en roep ik ‘milieu!!!’
Enkele ogenblikken later kan ik bibberend, doch zo fris als een hoentje, mijn naakte lichaam in een onbeslagen badkamerspiegel gadeslaan. Puur natuur. Mijn bana mag dan aanzienlijk gekrompen zijn, mijn zelfvertrouwen is beslist gegroeid!
Als je echt iets voor ons milieu wil doen, in plaats van het een en ander omwille van ons milieu te laten, wat ronduit gemakzuchtig, egoïstisch en onheroïsch is, ga je vanaf morgenochtend flexi. Want wie onze aarde waarlijk een warm hart toedraagt, doucht koud.