In Re: kijkt hard//hoofd van een afstandje naar actuele zaken. Sarah was dit weekend in Parijs en liet zich meeslepen door alle emoties.
Op vrijdagavond wandelen mijn geliefde en ik clichématig langs de Seine, we eten falafel, drinken wijn en nemen de metro terug naar ons appartement. Pas als we de deur achter ons dicht trekken zie ik een smsje van een vriend uit Amsterdam. Of alles wel goed gaat, want ‘het nieuws gaat helemaal los met schietpartijen in Parijs’. ‘Er schijnt iets gebeurt te zijn’ mompel ik tegen de geliefde en begin mijn tanden te poetsen. Maar voor ik in bed stap klinkt ver weg een sirene. En nog een. Toch maar even kijken.
Driftig ververs ik even later alle webpagina’s van kranten, veilig achter mijn laptop in de kamer van ons appartement. Liveblogs worden iedere paar minuten geüpdate, de weinige beelden die er zijn worden eindeloos herhaald. Politici spreken van een ‘oorlog’, ‘een aanslag op de gehele mensheid’ en ‘een aanval op het Westen’, en kranten nemen hun woorden klakkeloos over. Mijn facebookpagina kleurt langzaam rood, wit en blauw van alle profielfotofilters en Facebook vraagt me of ik veilig ben.
Na een moment twijfelen of ik wel aan dat circus mee wil doen klik ik op ‘ja’. Zodat niemand zich zorgen maakt, houd ik mezelf voor – of is het stiekem ook om een beetje aandacht? Mensen die ik al jaren niet meer gesproken heb vinden het leuk. Vrienden en familie sturen berichtjes: ‘Zitten jullie in Parijs? Holy shit.’, ‘Wat super heftig.’, en: ‘Zijn jullie niet ontzettend bang?’ Mijn vader wil ons komen ophalen. Natuurlijk, iedereen is bang, en wordt door de berichtgeving alleen maar banger. Maar de gretigheid waarmee mensen het drama omarmen maakt me ongemakkelijk.
Maar echt ongemakkelijk word ik van mijn eigen reactie. Ik google die nacht alle plaatsen waar de schietpartijen hebben plaatsgevonden. Ik meet de afstanden tussen die plaatsen en de plekken waar ik die dag was, en als ik ontdek dat we op tien minuten lopen van een van de restaurants onze falafel hebben zitten eten maakt zich een vreemde opwinding van me meester. Zo dichtbij waren we; als we na het eten nog even waren gaan lopen had het zo anders af kunnen lopen. Ik schrijf het aan vrienden in Amsterdam: ‘Echt gek, we waren daar een halfuur eerder nog vlakbij.’ We vertellen het tegen elkaar, mijn vriend en ik: ‘Het had niet veel gescheeld’. Het geeft ons weekend in Parijs de glans van iets echts; zo dichtbij te zijn bij een gebeurtenis die misschien wel telt als een historisch moment. De schrik, maar ook de opwinding daarvan, ik had niet gedacht dat het zo verleidelijk zou zijn om je daaraan over te geven.
‘Met mij gaat het goed hoor, aanslagje overleefd, dat is alles.’ Als iemand me, terug Amsterdam, vraagt hoe mijn weekend was, kan ik het niet laten. Toch even laten weten dat ik daar was, dat ik dat heb meegemaakt, al heb ik niet meer meegekregen dan sirenes en helikopters boven mijn Airbnb. Heel bescheiden lach ik alle aandacht weg: van mijn zus die ons van de trein wil komen halen omdat ze zo blij is dat we terug zijn, van collega’s die me op maandagochtend als een heldin onthalen. Ik schaam me er een beetje voor, al die aandacht om iets waar ik zo weinig mee te maken heb gehad, En toch: ergens voelt het ook zo lekker.
Dit is wat ik mis in de berichtgeving over Parijs: zelfreflectie en eerlijkheid. Iedereen mocht de afgelopen week zijn persoonlijke verhaal doen over de aanslagen. De journalist die eens jaren geleden een concert in de Bataclan had bijgewoond, de schrijver die toevallig ook vrienden in Parijs had en zich zorgen had gemaakt, (…). Natuurlijk, het is verschrikkelijk, en heftig, iedereen is geschokt. (Ik wilde schrijven: ‘aangeslagen’, maar misschien zijn woordgrapjes hier niet op hun plaats). Maar het heeft ook iets fijns, blijkbaar. Om een stukje van deze episode te claimen, omdat je er een herinnering aan hebt, of vrienden kent, of, zoals ik, er net niet bij was. Misschien moet je het sensatielust noemen, of narcisme. Ik denk inderdaad dat het daarmee te maken heeft: de hang om je eigen leven interessanter te maken. Maar misschien kun je milder zijn en concluderen dat mensen blijkbaar de behoefte hebben om hun eigen levens te kunnen verbinden met zulke grote, onbevattelijke gebeurtenissen. En dat is denk ik het grote verschil met deze aanslag en die in Beiroet een dag eerder, of die in Kenia, of waar dan ook: dat het veel makkelijker is om deze een beetje voor onszelf te claimen.
Afbeelding via www.forttrafic.com