In een korte serie vertellen oudere echtparen over hun herinneringen aan de liefde. Deze keer: Simone en Leo.
Simone (75) en Leo (78) leerden elkaar kennen in 1958 tijdens een studentenbijeenkomst. Ze studeerden allebei handelswetenschappen in Antwerpen. In 1962 trouwden ze. Leo ging werken in een internationaal textielbedrijf, Simone heeft les gegeven tot het te druk werd met hun vijf kinderen. Toen hun jongste zoon acht was, hebben ze nog twee kinderen geadopteerd.
Leo:
“Vanaf mijn negende heb ik in Belgisch Congo gewoond. Mijn vader had een houtbewerkingsbedrijf in Bujumbura. Ik zat op internaat in Bukavu. Omdat de onafhankelijkheid in de lucht hing, ben ik terug naar Antwerpen gekomen om er te studeren."
“Wat me het meest aantrok aan Simone, en nu nog, was haar spontane, open manier van met mensen omgaan. Toen we elkaar pas kenden, moest ik vaak naar Congo terug om mijn vader te helpen met zijn bedrijf. In die periode schreven Simone en ik elkaar veel. Toen al vertelden we elkaar niet alleen de dagelijkse gebeurtenissen, maar probeerden we vooral uit te leggen hoe we alles beleefden en wat we voelden. Daardoor hebben we elkaar ook beter leren kennen."
“Dat we al gauw goed hebben leren praten over onze gevoelens, heeft ons zeker geholpen toen we in december 1979 gevraagd werden of we een zevenjarig meisje wilden adopteren. Het meisje had de burgeroorlog in Cambodja beleefd, onder het regime van Pol Pot, en was daardoor haar familie kwijt. Drie jaar later kregen we een tweede adoptieverzoek over een achtjarig Indisch meisje. Zij was al in België, maar moest door omstandigheden naar een ander gezin verhuizen. In beide gevallen kregen we maar 24 uur bedenktijd."
“We wisten heel goed van elkaar wat voor ons de fundamentele waarden in ons leven waren. We hebben ons de vragen gesteld: kunnen we dat wel? Hoe staan onze kinderen ertegenover en zouden we er ons goed bij voelen het niet te doen? De beslissing was snel gemaakt."
“Beide meisjes waren door hun getraumatiseerde achtergrond erg beschadigd. Ze hadden honger geleden en waren op de vlucht geweest. Ze waren hun familie kwijt. Het spreekt voor zich dat dat niet makkelijk was, vooral voor hen niet, maar ook niet voor ons. Maar ze hebben het goed gedaan. Ze hebben nu elk een eigen gezin."
“Over de toekomst maken we ons eigenlijk geen zorgen. We voelen natuurlijk dat ons lichaam het stilaan begeeft en dat we in de winter van ons leven zijn. Maar we proberen zo intens mogelijk te blijven leven. Nauw betrokken worden bij vreugde en verdriet van kinderen, kleinkinderen, familie, vrienden en zoveel mensen om je heen, geeft heel veel voldoening."
Illustratie: Suzanna Knight.
Simone:
“Wat mij het eerst opviel was Leo zijn uiterlijk, hij was groot en blond en had een lachend gezicht. Hij stak letterlijk boven zijn vrienden uit."
“Het was niet mijn plan om al jong verkering te krijgen. Ik had met een vriendin afgesproken dat zo gauw we afgestudeerd waren, we eerst zouden werken en ons sociaal zouden engageren alvorens een gezin te stichten. Maar in Leo had ik in mijn ogen mijn toekomstige man gevonden."
“Hoewel het in die jaren zeker niet vanzelfsprekend was dat een meisje hogere studies deed, vond mijn moeder het toch belangrijk. Zelf had ze er erg onder geleden dat ze door de Eerste Wereldoorlog maar tot haar veertiende naar school had kunnen gaan. Niet iedereen in de familie begreep dat ik mocht studeren. Ze dachten dat ik nooit een goede huisvrouw zou worden. Mijn moeder zei dan: ‘Als ze een boek van wiskunde heeft kunnen lezen, dan zal ze ook wel een kookboek kunnen lezen.’"
“Vanaf het begin, toen Leo af en toe terug naar Congo moest, hebben we elkaar veel geschreven. Als Leo later ook voor zijn werk enkele dagen weg was, hielden we soms een soort dagboek bij waarin we probeerden ons gevoelsleven te beschrijven aan elkaar. Als hij dan thuiskwam, lieten we ’s avonds rustig onze schriftjes eens aan elkaar lezen. Dat waren heel intieme momenten die ons heel dicht bij elkaar brachten."
“Schrijven heeft ons ook geholpen als we het over iets niet eens waren of elkaar helemaal niet verstonden. Leo zweeg op zulke momenten, ik noemde dat dan koppigheid. Zo geraakten we nog verder uit elkaar. Lang hebben we nooit geruzied, want onenigheid konden we allebei slecht verdragen. Voor het slapengaan moesten we het uitgepraat hebben. Vaak deden we dat in bed, terwijl we elkaars hand vasthielden."
“Het geloof is altijd erg belangrijk voor ons geweest en heeft ons veel inspiratie gegeven om ons leven vorm te geven. We wilden ook graag veel kinderen en we zijn blij dat het ons ook is gelukt . De adoptie van de twee meisjes heeft ons leven nog meer verrijkt, ook al was het niet altijd makkelijk."
“Wat het geheim van een lange relatie is? Je moet een ongelofelijke dosis geluk hebben, maar je moet je vooral kwetsbaar durven opstellen tegenover elkaar. Dat hebben wij toch altijd geprobeerd. Ik ben vooral heel gelukkig met het feit dat Leo mij soms beter schijnt te begrijpen dan ik mezelf."
--
Lees het verhaal van Tina & Herman, dat van Maria & Jan en dat van Camiel & Paula.
Deze publicatie is onderdeel van de ‘vergeetzondagen’ in samenwerking met Castrum Peregrini.

Joyce de Badts is Hard//hoofd-redactielid.

Suzanna Knight is een illustrator en schrijver, woonachtig in Rotterdam. Overdag maakt ze de creatieve reclamewereld onveilig met haar copywriting skills, ’s avonds zit ze achter de tekentafel met een potlood en een potje Oost-Indische inkt. Ze luistert graag mensen af in de trein en verzamelt zielige plantjes.