Illustratie: Xandra van der Eijk
- Ken je dat verhaal van die kleuter?
- Welke?
- Die kleuter die niet wist dat hij een kleuter was
- Nee?
- Nee, dat wist ‘ie niet.
Hij dacht dat hij een filosoof was
uit de Griekse Oudheid
- Da’s ook wat
- Tja
- Voor die ouders ook
- Ja
Die vader was bouwvakker
- En die moeder?
- Gehandicapt
- Zo
- Ken je dat programma?
- Welke?
- Het zal je maar gebeuren
- Jaja
- Daar was het bij
dat van die kleuter
- Hoe heette die kleuter?
- Paul
Maar hij noemde zichzelf Paulus
- Was ‘ie klein?
- Nou, het was een kleuter
- Jaja
- Zijn eerste woord was ‘wijsheid’
Dat was ‘ie ook
Heel wijs
voor een kleuter
- En hij werd zeker ook gepest
- Jaaaaaaaaaa
- Heel erg
Ik bedoel: hij wilde alleen van die gewaden aan
- Ook dat nog
- En voor zijn verjaardag vroeg hij een lange grijze baard
- Tja, hij maakt het zichzelf ook niet makkelijk
- Nee
En omdat zijn moeder ook nog in een rolstoel zat
Mocht hij een dagje mee met die stichting
Je weet wel
- Riagg?
- Neeeeeee
Voor zielige kinderen...
Doe een wens!
Hij mocht een dagje doen wat hij het liefste wilde
- En?
- Hij vloog met zijn vader naar Rome in zo’n gewaad en met een nepbaard
- Zal nog een probleem zijn geweest bij de douane!
(ze lachen)
- Nee, maar zonder gekheid – of nou ja
maar die kleuter wilde dus op het bordes van het Pantheon
de mensen toespreken
- Wie dan?
- Ja jezus
- Jezus?
- Nee, gewoon de mensen
Maar hij weigerde op voorhand te zeggen
wat ‘ie dan wel ging zeggen
- Ongelooflijk
- Tja
(stilte)
- Maar wat zei ‘ie dan?
- Nou, hij ging daar staan, met baard en gewaad en zei:
"Als je weet dat je niets weet, ben je de slimste van allemaal."
- Als je weet dat je...
- Als je weet dat je niets weet, ben je de slimste van allemaal
- Zo... en dat voor een kleuter
