“Ik heb mijn hart gebroken.”
- “…”
“Ik bedoel, mijn hart is gebroken.”
- “… Wat zegt u?”
“Mijn beste vriendin werd verliefd op de man waarmee ik eigenlijk had gehoopt tot aan het einde van mijn leven te zijn. En hij op haar.”
- “Ik weet niet zo goed of dit een Unoxvraag is.”
“Op de verpakking staat dat ik u gratis kan bellen met vragen.”
- “Ja.”
“Mijn hart is gebroken. Het voelt alsof er twee delen zijn, die samen nét tekortschieten om te doen wat een heel hart normaal gesproken gemakkelijk volbrengt.”
- “Ik… wat?”
“Laatst sloeg ik een Libelle open en het verhaal dat daarin stond, leek net op het verhaal dat ik zojuist vertelde.”
-“…”
“Dat is nog zoiets waarmee ik nu zal moeten leren leven. Dat het incident waar ik ‘s nachts niet van kan slapen hetzelfde niveau heeft als de Libelle.”
Beeld: Tanja Djordevic, Wurstbande via Flickr
- “Misschien kunt u hier beter met bekenden over praten.”
“Ja… dat heb ik ook gedaan.”
- “Hielp dat niet?”
“Jawel, maar eventjes.”
- “...”
“Ik weet dat het tijd nodig heeft, hoor. Het gaat heus weer over. Ik vraag me alleen af wanneer. En of ik er niet toch iets aan kan doen om het sneller beter te maken. Hoe lang duurt het voor een gebroken hart is geheeld?”
-“Dat is een lastige vraag.”
“Heeft u ooit uw hart gebroken?”
-“Jawel.”
“…”
-“Twee keer.”
“Hoe lang duurde het voor het geheeld was?”
-“Dat ligt eraan. Bedoelt u de eerste keer of de tweede?”
“De eerste keer.”
-“Tweeëneenhalf jaar.”
“Tweeëneenhalf jaar?”
-“Ja.”
“Jeetje. En de tweede keer?”
-“De tweede keer was korter. En ook minder erg. De tweede keer is nu.”
“U zit er nu middenin?”
-“Ja.”
“Maar het is minder erg?”
-“Ja.”
“Dat klinkt fijn.
- “…”
“Dan heb ik nog een Unoxvraag voor u. Op de verpakking van de biologische pompoensoep die ik aan het eten ben, staat dat ik hem niet mag doorkoken. Wat gebeurt er als je dat wel doet?”
-“Er gebeurt niets als u dat wel doet. Het is voor het gebruiksgemak. De soep is al voorbereid, dus hij hoeft niet doorgekookt te worden, enkel opgewarmd.”
“Oh.”
“Heb ik nu al uw Unoxvragen beantwoord?”
“Ja, dat was het wel.”
-“Heel veel sterkte.”
“Dankjewel. Jij ook.”