In Re: kijkt hard//hoofd van een afstandje naar actuele zaken. Sanne analyseert de lijst met de voor een Oscar genomineerde vrouwen, en vraagt zich af waarom er tegenwoordig zo weinig gedenkwaardige vrouwenrollen zijn in Hollywood. Wie zijn onze filmheldinnen, en wat maakt dat we ons in hen verplaatsen?
Deze maand worden in Los Angeles de Oscars uitgereikt. Officieel worden de winnaars met het gouden beeldje en eeuwige roem beloond voor ‘excellence in cinematic achievements’, maar deze 87e editie heeft weer eens bevestigd dat de bejaarde blanke mannen van de Academy (die bepalen wie er genomineerd wordt) vrij weinig gevoel hebben voor originaliteit en – vooral – diversiteit. Er is veel kritiek op de keuzes van dit jaar: mannenfilms als American Sniper, Birdman en The Grand Budapest Hotel sleepten de meeste nominaties in de wacht, en de geselecteerde acteurs (onder wie Steve Carrell, Michael Keaton, Reese Witherspoon en Julianne Moore) hebben naast al hun talenten één ding gemeen: ze zijn lelieblank.
Selma – een film over het leven van Martin Luther King en de civil rights movement van de jaren zestig, die juist zo actueel was in het jaar van de rellen en protestmarsen rond de dood van Eric Garner en Michael Brown – werd door de Academy wel genomineerd voor best picture, maar is opvallend afwezig in de andere ‘grote’ categorieën. Basje Boer schreef laatst al over de schaarsheid van sterke vrouwenrollen.
Morsige fabrieksarbeidster, toegewijde echtgenote
Ik besloot een blik te werpen op de vijf actrices die dit jaar geëerd werden met een Oscar-nominatie; wat voor rol bracht hen deze eer?
- Marion Cotillard is Sandra in Two Days, One Night. Zoals te verwachten in een film van de gebroeders Dardenne is alles kut en deprimerend en is de beeldschone Cotillard een morsige fabrieksarbeidster, die wordt ontslagen en vervolgens alles op alles zet om haar baan terug te krijgen.
- Felicity Jones speelt de toegewijde echtgenote van Stephen Hawkins in The Theory of Everything. Stephen, bij hun eerste ontmoeting: ‘I am a cosmologist.’ De meeste vrouwen zouden het op een rennen zetten, maar Jane vraagt geïnteresseerd: ‘What’s that?’ Ze wordt zijn rots in de branding.
- Julianne Moore, de grote favoriet, worstelt in Still Alice met de ziekte van Alzheimer. De eerste tekenen van dementie hebben grote invloed op haar carrière als hoogleraar, en op haar gezinsleven. Veel drama. Veel Oscar-bait.
- Rosamund Pike heeft in Gone Girl één van de meer interessante rollen: Amy is vermist, en in terugblikken wordt een mysterieus en ambigu beeld geschetst van de relatie met haar man – en de toedracht van Amy’s verdwijning.
- Reese Witherspoon is de backpackende Cheryl in Wild, een waargebeurd verhaal van een vrouw die na haar scheiding besloot 1600 kilometer te gaan hiken. Cheryl sjokt door de bergen, schreeuwt naar de lucht, ontmoet wilde dieren en wordt met zichzelf geconfronteerd. Loutering et cetera.
Goed. Wellicht ben ik gewoon bevooroordeeld (ik heb een ingelijste afbeelding van Buffy The Vampire Slayer in mijn woonkamer hangen) maar waar zijn de écht memorabele personages? Ik wil Beatrice Kiddo! Scarlett O’Hara! Clarice Starling, Holly Golightly, Sally Bowles...
Vermoeide archetypes
Het is een treurige gedachte dat anno 2015 de vermoeide archetypes ‘slachtoffer’, ‘moeder’ en ‘vrouw van’ zo dominant zijn in Hollywood.
Ik mis de magie die een personage echt legendarisch maakt; de perfecte mix van een gelaagd karakter, scherpe oneliners, style. Uma Thurman tijdens de danswedstrijd in Pulp Fiction, Audrey Hepburn die in avondjurk een croissantje eet op Fifth Avenue in Breakfast at Tiffany’s, Vivian Leigh die Clark Gable uitscheldt in Gone With the Wind (Clark Gable haatte overigens zijn meest beroemde rol, in wat hij neerbuigend 'een vrouwenfilm' noemde).
Ik vroeg een aantal vriendinnen, collega’s en familieleden naar vrouwelijke personages met wie ze zichzelf het meest identificeerden. De antwoorden die ik kreeg waren soms voorspelbaar (‘Uma Thurman in ALLES!’), soms onverwacht (‘Leelo uit The Fifth Element’), en opvallend vaak werden vrouwelijke personages uit televisieseries genoemd. Miranda uit Sex and the City, Sarah Lund (The Killing), Amy Poehler in Parks and Recreation en zelfs een keer Xena the Warrior Princess. Mijn moeder noemde Catherine Deneuve ‘in die recente film, waarin ze even sigaretten gaat halen en dan gewoon wegrijdt en weken wegblijft’, wat me enigszins zorgen baarde.
Verder een eervolle vermelding voor Ronja de Roversdochter, het stoere meisje uit de kinderklassieker van Astrid Lindgren die in de jaren tachtig werd verfilmd – ze dook opvallend vaak op in mijn mini-enquète.
‘Ik kwam uit een totaal andere wereld, maar ik droomde ervan net als Ronja weg te kunnen lopen en in mijn eentje in het woud te leven. Me verstoppen voor vogelheksen, bessen zoeken en een wild paard temmen. [...] Zo volledig zelfstandig als een woudmeisje zou ik pas echt gelukkig zijn.’
De antwoorden waren verre van eenvormig, behalve Ronja werden niet veel namen twee keer genoemd. Wat me ook opviel was de afwezigheid van wat tegenwoordig bekend staat als de 'Manic Pixie Dream Girl', het onaangepaste, onvolwassen en schattige meisje: 'Ik ben altijd het tegenovergestelde van die chick in Amélie,' was de enige verwijzing die ik tegenkwam. Meer bewijs dat de MPDG meer een mannelijke fantasie is dan iets waar vrouwen zich aan spiegelen.
Zo ben ik versus zo zou ik willen zijn
Een collega wees me op het verschil tussen similariteitsidentificatie en wensidentificatie: zo ben ik en zo zou ik willen zijn: ‘Bij het zien van de übercoole vrouwelijke personages ga ik mezelf heel even ook stoerder voelen. Katniss in Hunger Games, Catwoman in de Batmanfilms.’ Haar similariteitsidentificaties waren ‘allemaal middelbare-schoolgerelateerd’: Joey uit Dawson’s Creek, Rory in Gilmore Girls. Meisjes en vrouwen die werden gezien als losers of nerds, ‘maar toch cool waren.’
We zoeken dus naar emotionele herkenning of gelijkenis (Ronja), en tegelijkertijd naar een vrouwelijke superheld als Beatrix Kiddo: een bijna schizofreen gevoel dat wellicht inherent is aan vrouwelijkheid. Sterke vrouwelijke personages zijn even divers als er vrouwen zijn, maar onafhankelijkheid is de gemene deler. Het zou leuk zijn als er in 2016 een nieuwe Scarlett O’Hara op het Oscar-podium staat – liefst eentje die nu eens niet blank is.