Reisverhalen vergezeld van foto's kunnen variëren van tenenkrommend je-had-erbij-moeten-zijn gezever tot wereldbeeldverbredende daar-had-ik-bij-willen-zijn sages. Meestal hangt weinig af van het exotisme van het oord en veel van de verteltechniek van de reiziger.
Als je het tweede nummer van The Travel Almanac op z'n omslag beoordeelt, verwacht je de hoogstpersoonlijke belevenissen van ene Will Oldham, die eruitziet als een verwarde viking: een roodharige (dat herken je best in zwart-wit) bebaarde man met twee elastiekjes in zijn baard die kijkt naar iets wat zich buiten het kader afspeelt. Een mooi portret, toch ongelofelijk dat een uitgever dat heeft aangedurfd, aangezien marketingtechnieken om een jonge dame vragen in kleur die de potentiële tijdschriftenkoper – al dan niet verleidelijk – aankijkt.
In de introductie door Ebba Durstewitz (multitalent, haar sporen verdiend in muziek, literatuur en beeldende kunst) wordt een van de potentiële lezers van het tijdschrift alvast frontaal in de smoel geslagen. ‘The globetrotter is a fool’, schrijft Durstewitz, want ‘the courage and respect to allow the foreign to be foreign in a foreign land, without the compulsive desire to see something of one’s own in it, elude him.’
Wat het portret op de omslag in ieder geval toont is nieuwsgierigheid, een eigenschap die bij reizen hoort.
The Travel Almanac is nieuwsgierig: het merendeel van de verhalen bestaat uit interviews. Geen laffe uitwisseling van reistips, maar intensieve gesprekken over reizen. Niet alleen vakantiereizen, maar ook werkreizen en tourbus-anekdotes worden opgerakeld. Alleen met Oldman gaat de interviewer na wat beleefdheden écht de diepte in en wordt het gesprek spannend als het van reizen naar identiteit en context gaat. Dat verklaart mogelijk waarom hij de omslag ontsiert en niet voor een fotogenieker persoon als Alek Wek of Juliette Lewis is gekozen.
Een ander erg interessant gedeelte van The Travel Almanac bestaat uit 'Psychological Sightseeing' in hotelbars in Manhattan. Auteur John Roberts kenschetst als een antropoloog de verschillende hotelbar-populaties in prachtige zinnen als: ‘A breath of fresh air comes in the form of a whiskey-drinking tuxedoed man who sits alone, appearing to have quietly slipped out of a party in one of the hotel's ulterior chambers, seeming also to wonder if tonight could have been better spent quietly at home.’
Hoewel het eerste nummer schijnbaar ‘Japan’ als thema had, staan in dit nummer reistips in Florence en Las Vegas nonchalant naast elkaar. The Travel Almanac is niet voor de globetrotter, wel voor de wereldburger, zo te zien. Hoewel een almanak volgens wikipedia een ‘jaarboek’ betreft, verscheen nummer één in april 2011 en nummer twee in oktober 2011, wat betekent dat we nummer drie weer in april mogen verwachten. En dat is een goede zaak.
–
Deze tip is, in iets andere vorm, ook verschenen op de site van boekhandel athenaeum.