Zo’n twee jaar geleden belandde ik, na een periode van aanhoudende rusteloosheid, bij een eerstelijnspsycholoog. Een eerstelijnspsycholoog kan je slechts enkele sessies aanbieden, dus een grondige analyse van mijn jeugd zat er niet in. In plaats daarvan probeerde ze mij de basisprincipes van mindfulness bij te brengen. Het idee van mindfulness – alleen het woord al doet mijn tenen krommen – is dat je aandachtig waarneemt. Als huiswerkoefening moet je tien minuten naar een appel staren voordat je er een hap van neemt. Vervolgens moet je die hap enorm gaan zitten proeven.
Ik kon hier eerlijk gezegd weinig mee. Kijken en proeven zijn voor mij bezigheden die het denken absoluut niet uitsluiten, terwijl de bedoeling van de oefeningen juist was om alleen maar te ‘zijn’ in plaats van te denken. Wat echter wel hielp, was de opdracht goed te gaan luisteren naar de omgeving. Terwijl ik van het kantoortje naar huis liep, ging ik erop letten wat er allemaal te horen was. Vogelgefluit, om te beginnen, de wind die langs bladeren blaast. Geratel van fietsen en gebrom van auto’s, gejoel twee straten verderop, pianoklanken uit een huiskamer. Even had ik geen gedachten. Ik luisterde.
We sluiten voortdurend geluiden buiten, er is nu eenmaal veel herrie. Als je aandachtig gaat luisteren is dat bijna te overweldigend. Er is zo ontzettend veel te horen. Het is niet iets om te vaak te doen, maar zo af en toe is het geweldig. Stel je voor dat je die keuze niet hebt, dat er niets meer te horen is. Mensen zijn van minder gek geworden. Misschien is het wel erger doof te zijn dan blind.
Ook in de documentaire Hoe luidt het land van Stella van Voorst van Beest staat het horen centraal. Zonder een woord commentaar laat Van Voorst van Beest op band horen hoe Nederland klinkt. Van het ruisen van een snelweg tot het sterven van een ster, van een gezellig klagende kletskous tot de verschillende liedjes van de koolmees. De meest fascinerende figuren komen voorbij. Een geluidskunstenaar die stad en land afzoekt naar “interessante geluiden” zegt dat hij altijd uitkomt bij de zee omdat die “je oren schoonmaakt”. Een breed lachende meneer in een paarse trui vindt zijn ‘bungawall’ (bungalow in een geluidswal) “de ideale plek om te wonen”: “Ik was vroeger bermtoerist, dus ik heb geen last van het geluid.” De salesmanager van een bedrijf in achtergrondmuziek laat trots zien hoe ze muziek verzamelen en in ‘programma’s’ onderbrengen om op de juiste doelgroep af te kunnen vuren: “Stilte is eigenlijk onze grootste concurrent.” De man die het geluid van stervende sterren in kaart brengt, wordt filosofisch: “Dit geluid is 2643 jaar onderweg geweest naar hier. (…) Dat relativeert het bestaan een beetje.”
Hoe luidt het land is kalm, associatief en humoristisch – al moet je voor dat laatste je ogen wel openhouden. Dan zie je, bijvoorbeeld, hoe een vliegtuig pal langs een begraafplaats rijdt, terwijl de vliegtuigspotters zich iets verderop staan te verkneukelen met friet en verrekijkers. Als je je ogen sluit, mis je die stille grapjes, maar de geluiden komen dan extra hard binnen. Je bent ineens in een andere wereld, waarin elk moment van alles kan gebeuren. Je wordt geleid.
En even, heel even, hoef je niets te denken...
-
Hoe luidt het land wordt 22 mei uitgezonden, om 23:00u, op Nederland 2.