Historicus Maarten van Riel bezocht Sicilië. Wat hij daar aantrof? Vooral Fiat Panda's.
“Sir, believe me, this is a real good offer. The best offer I can give you and the best you can find on the island.” Het pasgetrouwde stel naast ons aan de balie van het autoverhuurbedrijf overlegt over de aanbieding en bijbehorende overschrijding van hun kostenberaming. De streng ogende baliemedewerkster draait zich om en wisselt enkele woorden met haar collega. Een besmuikt lachje volgt. De tortelduifjes stemmen in met de huur van de cabriolet: een huwelijksreis is bijzonder en bovendien is het een offer you can’t refuse.
Sicilië heeft een gevreesde reputatie wat betreft de Cosa Nostra en de weggebruikers. Beter trek je de portemonnee voor een aanvullende autoverzekering en laat je een upgrade van je rental achterwegen – als je de reisgidsen moet geloven tenminste. In iedere reputatie schuilt een kern van waarheid, zo ook in deze. De verkeersborden zijn als oleanders en cactussen: decoratiemateriaal langs de weg. De eerste dagen verbaasde ik me over de inhaalacties (bij voorkeur in een bocht) en het negeren van alle geldende verkeersregels. Maar voor je het weet slinger je zelf als een Siciliaan over het eiland – adapt or perish. Een hartelijke ontmoeting met twee Carabinieri aan de rand van Palermo is het enige wat mij ten deel is gevallen nadat ik me had overgegeven aan de lokale gewoontes.
Naast het eigenzinnige weggebruik van de gemiddelde eilandbewoner is er nog iets dat opvalt als je over Sicilië rijdt: je komt bovengemiddeld veel Fiat Panda's tegen. Niet heel vreemd als je op Wikipedia leest dat er tussen 1980 en 2003 zo’n 4,5 miljoen exemplaren in 114 verschillende uitvoeringen werden geproduceerd door de Turijnse autogigant. In tien dagen tijd fotografeerde ik 81 Panda’s en zag ik al rijdend een veelvoud passeren of in straten geparkeerd staan. Witte, groene en rode, soms dienstdoende als viskraam op een kademuur, maar meestal bestuurd door grijze mannen die dagdroomden over Sophia Loren of Claudia Cardinale. Je zou kunnen stellen dat het Siciliaanse straatbeeld wordt gedomineerd door gelateria, cactussen, oude mannen, mooie vrouwen en Fiat Panda’s.
De vader van de Fiat Panda, Giorgetto Giugiaro (1938), stond met zijn creatie niet alleen aan de wieg van ‘de stadsauto’ maar bleek bovenal over het juiste fingerspitzengefühl te beschikken. In de tijd van de oliecrisis was er veel animo voor een auto met een gunstig brandstofverbruik – die bovendien goedkoop in aanschaf en onderhoud was. De Italiaan was zo succesvol dat hij persoonlijk verantwoordelijk werd voor het Europese straatbeeld van midden jaren tachtig. Niet alleen ontwierp hij de Fiat Panda, ook de Audi 80, Volkswagen Golf, Lotus Esprit en Zastava Koral (Yugo) kwamen uit zijn pen. Ze werden in miljoenenaantallen geproduceerd. Daarnaast prijken er op zijn palmares camera’s, horloges, vuurwapens, motoren, treinen, een basketbal en zelfs een pasta.
Van de door Giugiaro ontworpen Volkswagen Golf 1 (1974-1983) en de Golf II (1983-1992) werden bijna 13 miljoen stuks geproduceerd, een veelvoud vergeleken met de Fiat Panda. Maar waarom zie ik die Golfjes amper rondrijden in Duitsland? Wellicht schuilt er een verklaring in de economische opleving van de Zuid-Italiaanse economie in de vorige eeuw en de huidige economische crisis waarin het land zich bevindt. Eind jaren zestig van de vorige eeuw werden nabij Napels, Porto Torres, Cagliari en Brindisi enorme fabrieken gevestigd van onder andere Alfa-Romeo en Olivetti. Op Sicilië verrees nabij Gela een ENI raffinaderij en in de buurt van Palermo werd een productiefabriek van Fiat geopend. Het zorgde voor een (relatieve) verbetering van de gemiddelde levensstandaard op het eiland, met name in de hoogtijdagen toen er dagelijks 3200 arbeiders in de Fiat-fabriek werkten. Vanaf 1970 werden er in Termini Imerese diverse Fiat-modellen geproduceerd, waaronder de befaamde Fiat Panda 4x4. Maar in 2011 ging de fabriek dicht en werd de havenstad een verzamelplaats voor failliete bedrijven. Een jaar later betitelde The New York Times Sicilië als het Griekenland van Italië: het eiland heeft structureel geldgebrek vanwege haar omvangrijk ambtenarenapparaat (zo zijn er bijvoorbeeld 26.000 boswachters in dienst) en de armoede is duidelijk zichtbaar. De tienduizenden Fiat Panda’s die op Sicilië werden geproduceerd hebben misschien nooit het eiland verlaten en blijken in tijden van economische crisis een goedkoop en betrouwbaar vervoersmiddel.
Voor de ultieme Sicilië-ervaring raad ik u aan om een Panda 4x4 te huren. Bij voorkeur uit 1986 in het pistachegroen.
ps. Één van de gefotografeerde auto’s is geen Fiat Panda, maar een Seat Marbella (Jeans). De Spaanse autobouwer had een licentieovereenkomst met Fiat waardoor in Spanje van 1980 tot 1986 de Seat Panda werd geproduceerd. Nadat de licentieovereenkomst eindigde, werd de Seat Marbella in productie genomen, een auto die makkelijk verward kan worden met de Fiat Panda.
-
Maarten van Riel (1982) is historicus, schrijver en fotograaf en in het dagelijks leven betrokken bij het opsporen van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog bij Saricon.