Je stoot wel eens zó hard je teen dat er tranen in je ogen springen. Of vroeger als je bolletje ijs plompverloren, en uiteraard altijd vlak voor je eerste hap, van het hoorntje viel - welgemeende tranen met tuiten. En dan heb je nog de momenten in het leven waarbij je rouwt om een dierbare of om een relatie die op de klippen gelopen is - ronde waterlanders biggelen over je wangen. Sommige mensen wenen veel minder dan anderen en mannen sowieso zo’n vier keer minder dan vrouwen. Maar zelfs zij die de capaciteit van het huilen denken te missen, worden, als de nood het hoogst is, geconfronteerd met de vloeibare verwezenlijking van hun emoties. Het interne verdriet zoekt een uitweg naar de buitenwereld; alsof het daarmee het lichaam gedeeltelijk bevrijdt van de misère. Alsof stromend water uit je ogen en schokken in je lichaam je triestheid kunnen verminderen. Alsof je lichaam zo emotioneel uitgeput is dat het de onenigheden uitzweet teneinde een schone lei over te houden.
Je ogen worden continu voorzien van traanvocht om stofjes tegen te houden en je hoornvlies te beschermen. ’s Nachts kan dit een beetje uit je oog lopen en opdrogen tot korreltjes – Klaas Vaak’s mysterie ontmaskerd. Wanneer je huilt komt er een overmaat aan traanvocht vrij en borrelen de tranen noodgedwongen over de randen van je oogleden. Vaak wordt een deel van dit overtollige vocht afgevoerd via je neusholtes, waardoor je moet snotteren en na een jankpartij ook nog eens verkouden lijkt. Een ander deel wordt via je keel afgevoerd, waardoor je stem enigszins vervormd wordt. Dat in combinatie met de opgezwollen ogen die het huilen veroorzaakt leidt bij een eerste spiegelconfrontatie niet vaak tot het bedaren van de gemoederen. Met een beetje gevoel voor zelfmedelijden kan een dergelijke aanblik immers al snel de aanleiding zijn voor een vicieuze traancirkel.
Huilen als gevolg van emoties is een fenomeen dat zich, in tegenstelling tot de irritatie-tranen, alleen bij mensen voordoet. Het emotionele huilen onderscheidt zich van het ui-snij-huilen, teen-stoot-huilen of allergische irritatie-huilen. De chemische samenstelling van emotionele tranen is heel anders en bevat onder andere een grotere hoeveelheid corticotropine, een stresshormoon. De opluchting die een flink potje janken kan veroorzaken zou hiermee te maken kunnen hebben: je lichaam heeft zich ontdaan van stresshormonen, al zij het een geringe hoeveelheid. Door wat sappen af te tappen zou letterlijk de druk van de ketel worden gehaald. Bovendien herstelt huilen de fysiologische balans van het lichaam, de homeostase. De hartslag die door emoties verhoogd werd, neemt bijvoorbeeld weer af na een huilbui; de interne rust keert weder. Ook zouden er in de hersenen endorfines vrijkomen, stoffen die je vrolijk maken. Anderen suggereren echter dat huilen niet zozeer een positieve geestestoestand stimuleert, maar slechts een uiting is van het innerlijke lichamelijke herstel.
Evolutionair gezien dient huilen een duidelijke functie. Wat nou als je in de prehistorie leeft, je niet kan praten en je je zo kut voelt dat je niet mee kan op jacht? Of je bent drie maanden oud en wil je nog onervaren ouders duidelijk maken dat er dringend actie ondernomen moet worden? Een potje huilen doet wonderen. Je omgeving ziet in dat je hulp nodig hebt en voorziet je van de nodige aandacht: je krijgt een berenvel over je heen gelegd of een schone luier. Het gevoel dat vaak aan huilen voorafgaat is een ultieme vorm van machteloosheid. Op het moment dat je het zelf echt niet meer ziet zitten en een situatie niet meer de baas kan zijn, is het ook relevant dat je omgeving dat doorheeft. Het is letterlijk een cry for help: tranen wekken sympathie en gevoelens van verbondenheid op doordat ze je kwetsbaarheid blootleggen. Je medemens weet dan dat je gevoelens menens zijn en biedt vervuld met medelijden zijn troostende schouder aan. Kinderen persen er vaak genoeg manipulatieve tranen uit, en een volwassen man wiens ogen lekken wordt al snel door zijn vrouw vergeven. (Krokodillen)-tranen zijn een sociaal middel bij uitstek.
Toegegeven, de meeste mensen huilen niet midden op straat en juist liever als ze ’s avonds alleen thuis zijn, ingewikkeld in een donzen dekbed in het hoekje van de bank. Er rusten veel taboes op het publiekelijk tonen van je kwetsbaarheid. Maar tranen geven uiting aan je interne worstelingen – als je ze wegdrukt krijg je die verdrietsdemon nooit op de mat. Dus schrei nu maar, dan komt het geluk vast weer wat dichterbij.