Klik op de foto voor de volledige grootte.
Wat een foto, gisteren in de Volkskrant. Na maanden van maatschappelijk debat, te lang en te slopend om de media-aandacht vast te houden, staat ze daar. Omringd door een haag van mannen in spreekwoordelijke grijze pakken (slechts een vrouwenmens links in de hoek doorbreekt het cliché), die tevreden in hun handen klappen en haar, elk op hun eigen manier, gemoedelijke blikken toewerpen. En in het midden staat zij, de enige vrouw, in een opvallend mantelpakje waar haar macht niet aan af te lezen valt, als een hedendaagse Jezus aan een laatste avondmaal. Maar op dit avondmaal hangt geen gelaten sfeer, zoals op die vereeuwigd door Leonardo. Dit avondmaal is geen afscheid. Dit avondmaal is een nieuw begin. Dit is de avond, of eigenlijk de nacht, van de 220 yea's tegen 215 nay's.
'Deze ronde is voor ons' zeggen haar ogen, terwijl ze triomfantelijk de hand schud van Patrick Kennedy, de zoon van de onlangs overleden Teddy. Ted Kennedy was decennia lang de grote pleitbezorger van hervormingen in de zorg, maar stierf als een Mozes, voordat hij het beloofde land in kon trekken. En nu is zij, madam speaker, de gevierde winnaar, althans voorlopig. Zoveel valt wel te lezen op het gezicht van de vrouw links in de foto. 'Wacht maar...' horen we haar denken, 'wacht maar...'
Zo vertelt deze onverbiddelijke compositie het ironische verhaal van de Amerikaanse politiek. Van de idealen waarmee een stel pioniers eeuwen geleden een samenleving wilden bouwen, gebaseerd op het credo dat ieder mens gelijk is, en van de twee groepen die sindsdien tegen elkaar strijden om de vraag hoe die idealen het best in praktijk kunnen worden gebracht. Voor de ene groep vormt de grondwet een stelsel aan dogma’s die als heilige relieken beschermd moeten worden, omdat ze geloven dat enkel de rigide bescherming van die oude principes kan leiden tot een ideale samenleving. Daar tegenover staat een groep mensen die een moderne samenleving proberen af te stellen op de uitdagingen van de moderne tijd, omdat ze geloven dat alleen een actieve houding ten opzichte van maatschappelijke verantwoordelijkheden kan helpen de waarden hoog te houden die in een verlichte beschaving thuis horen. Het is het verhaal van een politieke cultuur waarin de discussie over termen als verantwoordelijkheid en collectief niet gezond en open van karakter is, maar eerder de vorm aanneemt van Bijbelse interpretatieleer; het land waar echte verandering zeldzaam is en de overwinning altijd zoet.
Maar vooral toont de foto het verhaal van de door en door theatrale politiek, waarin voor een statig decor van eikenhouten panelen en Star Spangled Banners gedebatteerd wordt op de inhoud en gehecht wordt aan de mores. Maar op het échte podium, op televisie, internet en in de krant, verdampt diezelfde inhoud tot een stel lege kreten. En ook van die chique mores blijft niet veel over als argumenten worden ingewisseld voor kluiten modder. Want alle goede bedoelingen en Ivy League diploma’s ten spijt, de politiek moet blijven verkopen. En daarom speelt iedereen zijn rol in de democratie die altijd moet blijven lachen, omdat elk moment een photo op is.