De wereld staat in brand en dat mag niet onbeschreven blijven. Mirko maakt zich zorgen over de tegenstellingen in het vluchtelingendebat: de progressieve gutmensch tegen de boze blanke burger tegen de vluchteling. We moeten de rijen juist sluiten.
Het was geen fraai gezicht. Door het hele land stonden de burgermilities op de barricades. De hooivorken moest je erbij denken, maar de boodschap was duidelijk. Geen vreemdelingen in ons dorp! Van de blokkades in Oranje, tot de bestorming van Woerden en de demonstratie in Utrecht afgelopen weekend. De eerste reactie, van mijzelf, van mijn vrienden, van de doorsnee Hard//Hoofd-lezer ongetwijfeld, was afkeer. #notinmyname. Dat voelt goed, jijzelf on the right side of history. Maar het is ook te simpel.
Allereerst is er de arrogantie van de centrale macht, die dacht zonder overleg wel eventjes 1500 vluchtelingen te kunnen huisvesten in een dorp van 150 zielen. Knullig beleid? Of een gefabriceerde crisis om gewenste strengere migratiewetgeving erdoor te krijgen? We weten het niet, maar feit is dat het een zooitje was. En natuurlijk zijn er de volksmenners op rechts, vaak gefaciliteerd door weinig kritische of zelfs sensatie zoekende media.
De genoemde hooghartige beleidsmakers, xenofobe demagogen en schreeuwende media zijn vaker besproken in dit verband, maar waaraan vaak voorbij wordt gegaan is de context van jarenlange economische en sociale achterstelling van de boze blanke burger. Een belangrijk aspect is de afgunst jegens de gutmensch, de klasse van arrogante creatievelingen en progressievelingen. Arm aber sexy. Langharig werkschuw tuig, in oud jargon. Deze stedelijke elite, die in al hun morele superioriteit oh zo enthousiast is allerlei kwetsbare groepen in de wereld te helpen, maar weinig oog heeft voor zij die het in eigen land moeilijk hebben. Hier zit een grote frustratie die in onze grootstedelijke quinoabubbel nog niet helemaal goed door is gedrongen.
Tekenend voor deze tegenstelling was een clipje op NOS.nl over de Pegida betoging afgelopen weekend in Utrecht, waarin een ‘bezorgde burger’ in een nogal agressieve discussie geraakt was met een betoger van het anti-racistische kamp. “Hey, heb jij wel eens gewerkt van je leven?” brult de eerste, een kale grote man, type bouncer. “Ik heb 27 jaar lang gewerkt! En wat doe jij hier eigenlijk?” vervolgt hij. Wanneer zijn tegenspreker daarop zegt: “Ik ben hier om me te verzetten tegen TUIG als jij” ontploft de eerstgenoemde van woede, slaat de ander bijna op zijn bek, maar komt tot inkeer en lijkt geraakt door de woorden.
Ik ken geen van beide heren, dus ik moet hier voorzichtig zijn met mijn interpretatie. Maar zonder af te doen aan de anti-racisme betoger, ik had hetzelfde kunnen zeggen, denk ik het sentiment van de grote man wel enigszins te begrijpen. Ik, tuig? Maar ik heb me toch 27 jaar kapot gewerkt?!
Het deed me denken aan de tijd dat ik met een vriendenteam voetbalde in de vijfde klasse op zondagochtend. We speelden vaak tegen teams van kalende vaders van een jaar of 50 die waarschijnlijk opgegroeid waren in de oorspronkelijke volkswijken waar wij nu als studenten in de hippe koffietenten zaten. Die mensen haatten teams zoals wij uit het diepst van hun hart. Kutstudenten, werken niet eens. Het was klassehaat, in de puurste vorm.
Wat ik eigenlijk wil zeggen is dat we voorzichtig moeten zijn in ons oordeel en dat je je niet genoeg bewust kan zijn van je eigen privileges. Als man, als blanke, als hetero, natuurlijk, dat was bekend, maar ook als zogenaamde progressieve stedeling. We moeten oppassen met iedere vorm van afkeer gebaseerd op onderbuikgevoelens en schouder aan schouder staan, met zowel vluchtelingen die naar ons land komen als met de binnenlandse gemarginaliseerde sociale klasse die zich onbegrepen en ongehoord voelt. Samen moeten wij ons verzetten tegen de arrogante politieke klasse, de sensatiegeile media en met name tegen de volksmenners, de Wilders, de Zijlstra’s, de Pegida-leiders, de Rutte’s, de Orbáns, en al die hatelijke opstokers van nationalistisch gebral in Europa. Zij zijn uiteindelijk de enigen die niets te zoeken hebben in onze maatschappij.
Foto via Flickr.com