Chili, 1988. Onder zware internationale druk schrijft dictator Pinochet een referendum uit. Wil het volk hem behouden, ja of nee? In de film No speelt Gabriel García Bernal een kortzichtige reclamemaker die tegen wil en dank meegesleurd wordt in de Nee-campagne.
Stephane: Stiekem hoopte ik op een film waarin de ene persoon na de andere op z’n knieën viel en met gebalde vuisten ‘Nooooooo!’ naar de hemel riep. Zoals op http://nooooooooooooooo.com.
Meredith: Ik had stiekem gehoopt op twee uur lang een Chileense Don Draper uit de jaren tachtig. Dat hij dan emotionele snaren raakte zoals in die Carousel reclamepitch terwijl hij eindelijk een keer wel politiek geëngageerd was.
Philip: Maar wat kregen we nou precies voorgeschoteld door regisseur Pablo Larrain?
Stephane: We zagen een cynische reclamemaker die gevraagd werd een revolutie te ontketenen.
Meredith: En ik snapte ineens wat we verkeerd hebben gedaan tijdens het organiseren van al die protesten. We hadden gewoon die hele politieke boodschap moeten negeren en alleen een catchy jingle moeten verzinnen. Dat is pas modern actievoeren.
Philip: En mooie vrouwen en kittens. Dat werkt ook goed. De kritiek in Chili op deze film was niet mals. Volgens de mensen die echt aan de No!-campagne hebben gewerkt is het fictieve hoofdpersonage René (Gael García Bernal) een karikatuur. En daar kan ik wel inkomen. Het is natuurlijk onzin dat een of andere lullige reclamemaker op z’n skateboardje een dictatuur omver werpt.
Meredith: Terwijl zijn activistische (ex?-)vrouw iedere keer roemloos in elkaar werd getrapt door de ME.
Stephane: De man op wie het hoofdpersonage gebaseerd is, hoor je in dit interview anders niet klagen over verdraaiingen van feiten.
Meredith: Zou ik ook niet doen als ik een reclamemaker was en mijn leven werd verfilmd, gespeeld door een mooie man met dromerige ogen in een kek leren jasje.
Stephane: Oh ja, dat is waar ook, ALLE vrouwen vinden hem sexy.
Philip: Ik denk dat de Chileense critici terugdenken aan wat voor hel het was om in een totalitaire staat te leven en hoe moeilijk het is geweest om Pinochet af te zetten. In de film skateboardde René wel heel makkelijk naar de overwinning. Afgezien van een paar bezoekjes van de geheime dienst. Een reclamemaker, zoals die kerel waarop dit verhaal gebaseerd is, denkt alleen aan vorm. En dan snap ik dat je weinig te klagen hebt met een film die volhardt in het gebruik van een instagramfilter.
Stephane: René werd achtervolgd en in de gaten gehouden, maar ik kreeg niet het idee dat hij echt voor z’n leven hoefde te vrezen. Volgens Wikipedia zijn er onder Pinochet pak ‘m beet drieduizend politieke tegenstanders vermoord... Dat maakt de film achteraf toch wat spannender.
Meredith: Los daarvan vond ik de thematiek van de film ook heel interessant. Het toepassen van reclamemethoden op een politieke boodschap. Het cynisme of pragmatisme van de reclamewereld versus het idealisme van de actievoerders. En de propaganda van een dictatuur.
Stephane: Ja, maar omdat dat hoofdpersonage zo intens cynisch was, kon het mij als kijker ook bijna niks meer schelen. Ik geloofde niet dat zijn tranen echt waren toen hij na zijn overwinning de straat op liep en in de juichende massa verdween. En ik werd ook een beetje verdrietig van het feit dat het dus niet zo heel veel uitmaakt of je reclame maakt voor een magnetron of voor een campagne die de toekomst van je land aangaat.
Philip: Die tranen waren misschien nog het meest cynische van alles!
Meredith: Misschien vond ik het moment dat de oppositiepartijen voor het eerst de No!-reclamespotjes te zien kregen nog cynischer dan die tranen. Een van ze riep dat het een schande was hoe het leed van zoveel mensen gereduceerd werd tot een colareclame met mimespelers. En daarna vroegen de andere politici hoe hun individuele partijbelangen geprofileerd werden. Allemaal verslagen idealisten of pragmatische individualisten. Misschien dan toch liever een cynische reclamemaker die het wel voor elkaar krijgt om een dictator omver te werpen.
Stephane: Ja, en volgens die reclamemaker worden mensen eerder geraakt door emotie dan informatie. En daar had hij een punt, blijkbaar, want zijn campagne is de geschiedenisboeken in gegaan.
Philip: Volgens mij kennen we reclamemakers teveel eer toe als we zeggen dat ze geschiedenis maken. Ze brengen bepaalde sociale processen hoogstens in een stroomversnelling. Dat zo’n film dan over één man gaat, dat maakt de film een beetje pedant.
Stephane: Ja? Dus als wij nu willen protesteren tegen de hoge salarissen van topmanagers, voetballers en dj’s kunnen we de processen versnellen door olijke filmpjes met regenbogen te maken?
Philip: Reclamemakers kunnen het versnellen door de tekenen van hun tijd te kennen en die vervolgens in de juiste vorm te communiceren naar een groter publiek. In de jaren tachtig waren ‘t regenbogen en jingles, nu zal het iets anders zijn. Of nou ja...
Meredith: Reclamemakers als ‘voice of their generation’. Het zijn dus eigenlijk allemaal Bob Dylans in strakke pakken?
Stephane: Ok. Regenbogen op Facebook.
Meredith: We kunnen het in ieder geval een keer proberen.