Deze week gingen onze redacteurs naar de heruitgave van Jurassic Park (1993). Ditmaal is de film in 3D te bewonderen. Na afloop worden enkele wijdverspreide misverstanden rechtgezet: "De Brontosaurus heeft nooit bestaan, shocking feitje!"
Rutger: Het was niet alleen een avondje nostalgie, maar ook een lesje ‘filmmaken doe je zo’. De film is nog altijd geweldig. Wat een kunde van Steven Spielberg! Daar kunnen de blockbuster-regisseurs van vandaag een puntje aan zuigen.
Zara: Spielberg heeft de standaard-Hollywoodfilm zoals we hem nu kennen zo’n beetje uitgevonden. Het heeft alle elementen, alles klopt. Je kunt ervan houden of niet, maar een goede filmmaker is hij zeker.
Sanne: Ik zat echt te genieten. Het glaasje waarin het water begint te trillen, het geritsel in de struiken, een dreigend gedreun in de verte... Zonder dat je de Tyrannosaurus Rex ziet, denk je al: OH GOD NEE...
Rutger: De film wordt heel sterk opgezet in een strakke proloog. Zonder dat we weten waar de film over gaat, wordt duidelijk gemaakt dat dinosaurussen eng zijn. Met name in de scène waarin Alan Grant met de fossiele raptor-nagel over de buik van een dik jongetje schraapt. Daarna wordt het begin van de film steeds uitgesteld: als ze aankomen in de helicopter met de geweldige theme song van John Williams, als ze de eerste dino zien (“Welcome... to Jurassic Park!”), als ze door die belachelijk grote poort het park in gaan, en dan pas echt als de stroom uitvalt en de T-rex komt. Wauw! Wat een spanningsopbouw. De keukenscène is het meest bloedstollende wat ik ooit in een film heb gezien.
Zara: Wat vonden jullie van de toevoeging van 3D? Ik vond het zeker wel werken. Dat moment als ze met hun jeep voor het eerst het terrein op rijden en die enorme dino’s in zicht komen, dat voelde ik wel hoor. Het gevoel van afstand, en daardoor dus ook nabijheid, was nu veel sterker.
Sanne: Ja, ik vond het ook wel leuk. Maar ik vind het altijd zo suf om met zo’n stomme bril in de bioscoop te zitten… Ik voelde me sowieso suf, aangezien ik de enige volwassene in de zaal was. En dan zat ik daar ook nog alleen, als een soort weirdo.
Rutger: Haha, Sanne de dino-pedo. Soms is 3D gewoon een kijkdoos: een soort hologram op de voorgrond met ‘diepte’. Maar ik zat er meer in dan ooit - en ik heb de film denk ik zo’n tien keer gezien. Al kan dat ook door de Dolby Surround komen. Er leek echt een T-rex voor de bioscoopdeur rond te stampen.
Sanne: Ik weet niet in hoeverre de film digitaal is opgepoetst, maar de effecten waren eigenlijk toch nog steeds fokking goed, ook zonder 3D? Ik bedoel, Lord of the Rings-achtig goed. Ik dacht geen moment: oh, wat ziet die zieke Triceratops er nep uit.
Zara: Ik heb de 2D-versie van Jurassic Park toevallig laatst nog gekeken, maar toen zag het er ook al zo mooi uit hoor.
Rutger: Het is bizar hoe fier de special effects en de poppen overeind zijn gebleven na twintig jaar. Alleen die eerste Brachiosaurus is duidelijk computerwerk, maar daarna geloof je alles. Hoe natuurlijk die beesten bewegen, bleef me verbazen. Als dinosaurussen nu echt tot leven gewekt zouden worden en ze zouden er niet uit zien zoals in Jurassic Park, dan zou ik ze niet serieus nemen.
Sanne: Ja even wat, wisten jullie trouwens dat de Brontosaurus nooit echt bestaan heeft? Is dat niet shocking? Denk aan Platvoet en zijn vriendjes!
Rutger: Wat?! Dit is even een Sinterklaas-momentje. Zoveel jeugdige illusies gaan hier in rook op.
Zara: Dan heb ik nog een leuk feitje voor jullie: wisten jullie dat Jurassic Park eerst met stop motion figuurtjes gemaakt zou worden? De man die dit zou doen, had ook daadwerkelijk alles al gemaakt. Tijdens de tests vond Spielberg het niet realistisch genoeg, waarna het besluit om het met CGI te doen werd genomen. De dood van stop motion.
Rutger: Wow! Maar wisten jullie dat de sound effects van de dinosaurussen van de schreeuwen van andere dieren komen? De velociraptors die elkaar roepen, zijn schildpadden die seks hebben.
Sanne: Ja, nu je het zegt, sommige geluiden deden me denken aan het apenhuis in Artis. Maar neukende schildpadden... Ik wist niet eens dat schildpadden geluid konden maken.
Rutger: Jurassic Park was in 1993 een droomfilm, die voor mij wel symbool staat voor de onbegrensde mogelijkheden en welvaart van dat decennium. Ik weet nog goed hoe we met een groepje jongetjes voor mijn verjaardag naar de bioscoop gingen en er betoverd uit kwamen. Alle jongetjes waren geobsedeerd door dinosaurussen, we kenden alle namen en details, als een soort mini-wetenschappers. Dino’s staan daarom, in al hun engheid, symbool voor een gelukkige jeugd. In 1993 was alles nog fijn, nu is het crisis.
Zara: De T-Rex is wel de dino die het meest uit de 3D heeft gehaald. Pfoe, wat zag die er lekker uit. En de Velociraptors zijn doodeng. Hun bewegingen lijken zo natuurlijk omdat het simpelweg mannen in Raptor-pakken waren.
Rutger: Ik vind vogels eng. Hoe ze lopen, brullen... Dr. Alan Grant heeft gelijk: het zijn voormalige dino’s.
Sanne: Ik vond het heel merkwaardig om me opeens te realiseren hoe ontzettend sexy Jeff Goldblum is in Jurassic Park. Als negenjarige was ik me daar niet zo bewust van, maar toen ik hem opeens zag met dat halfopen overhemd en die semi-diepzinnige sarcastische opmerkingen, vielen een heleboel puzzelstukjes op hun plek, om het zo te zeggen.
Rutger: Het is interessant om dingen uit de jaren negentig terug te kijken. Ik kijk de laatste tijd bijvoorbeeld weer veel Friends, en nu snap ik veel meer omdat ik even oud ben als de hoofdpersonen. Jurassic Park had ook allerlei diepere lagen die ik vroeger gemist heb. De film is heel feministisch: de vrouwen zijn de grootste helden en de mannen moeten hun zachte kant ontdekken. En de illusie van controle in de chaostheorie van de fantastische rock ‘n roll-wetenschapper Ian Malcolm (“Life will find a way”) is met de kredietcrisis opeens hyperactueel.
Zara: "God creates dinosaurs. God destroys dinosaurs. God creates man. Man destroys God. Man creates dinosaurs. Dinosaurs eat man… woman inherits the earth."
Sanne: De eigenlijke boodschap van Jurassic Park is: DON’T FUCK WITH NATURE. Dat wordt lekker obvious gesuggereerd aan het einde door de brullende T-rex die zijn eigen skelet in het museum aan gruzelementen trapt.
Zara: Don’t fuck with dinosaurs. Bitches.
Rutger: Ze zijn groot, schubbig en levensgevaarlijk. En toch mis ik ze.
Sanne: Vooral de brontosaurus.