34 jaar na het verschijnen van het boek van Roald Dahl, durfde Steven Spielberg het aan om The Big Friendly Giant, of De GVR, te verfilmen. Op het oog de aangewezen man voor de klus. Toch vinden Tim, Lisanne en Ruby niet de warme gevoelens waar ze op gehoopt hadden.
Lisanne: Het was niet erg spannend. Nu ik erover nadenk, er was niks waarvan ik dacht: ‘zo benieuwd hoe dit gaat aflopen!’
Tim: Ik vond de film vooral lang. En Sophie dan, wat een betweterig kreng!
Ruby: Dat kun je wel zeggen. Kunnen jullie je herinneren of dat in het boek ook zo was?
Lisanne: Ik heb veel gelachen op momenten dat het niet moest. Toen Sophie zei dat de directrice van het weeshuis ‘incompetent’ was, of toen ze heel serieus meldde: ‘Ik lijd aan slapeloosheid’. Ik vond dat genieten. Ik zou graag onderzoek doen naar vroegwijze weeskinderen binnen de wereldliteratuur. Ik geloof niet dat het als grap bedoeld was.
Tim: Het leek of het script geschreven was door een officemanager. Sophie zei nog net niet: ‘GVR, zullen we even sparren?’ Alsof ze de jaarcijfers oplas.
Ruby: Ik denk dat dat ook door de vertaling kwam. Misschien hadden we niet nostalgisch de Nederlandse versie moeten gaan kijken. Waarschijnlijk móet Sophie betweterig overkomen, maar pakt de vertaling slecht uit: niet leuk Brits maar vervelend Goois.
Lisanne: Sophie was geen spannend personage. Ze had wel potentie: eenzaam, dwaalde 's nachts alleen rond, leed aan slapeloosheid en dode ouders.
Tim: Misschien te heftig voor de doelgroep?
Ruby: Ik vond haar blasé, nooit oprecht bang of verdrietig. Omdat ze al zoveel had meegemaakt?
Tim: Dat zou mooi zijn, Sophie helemaal afgestompt. Ik had vooral het idee dat ze het niet te zwaar wilden maken.
Ruby: Ja daar ben ik ook bang voor. Was het te lichtvoetig allemaal? Teveel Spielberg en te weinig Dahl? De scherpe randjes eraf?
Tim: Lichtvoetig, maar niet grappig genoeg. Wel spectaculair toen de andere, boosaardige reuzen de GVR gingen pesten. Met die auto's als rolschaatsen. Ze hadden gevoel voor spielerei.
Lisanne: De reuzen hadden veel monsterlijker gemogen. Het was heel naar toen ze die droomhut van de GVR kapot maakten, maar hij leek nauwelijks aangeslagen. Ik dacht: dit is je levenswerk.
Tim: Misschien was het juist fijn; had hij zich te veel laten meeslepen in die hele dromenbusiness. Een workaholic.
Ruby: Maar vonden jullie het niet gek dat hij voor altijd alleen zou zijn? In het boek mocht hij in het paleis wonen, hoefde hij niet tot in de eeuwigheid in zijn eentje te tuinieren.
Lisanne: Wat zouden jullie liever doen: voor eeuwig in het paleis of voor eeuwig tuinieren?
Tim: In het boek is Sophie een stuk minder passief dan in deze film. Misschien die apathie door alles wat ze heeft meegemaakt?
Ruby: Ze leed aan slapeloosheid, al tijden. Daar kun je ook behoorlijk apathisch van worden.
Tim: Ja dat was mooi, dat ze meteen in slaap viel toen de GVR haar ging voorlezen. Dat was alles wat ze miste; iemand die haar voorlas.
Lisanne: Een vaderfiguur. Ook typisch gevalletje stockholmsyndroom.
Ruby: Hij was de eerste die haar aandacht gaf. Hoe vreselijk dat weeshuis moest zijn, kwam trouwens niet echt over.
Lisanne: Het weeshuis zag er super knus uit!
Tim: Daar wil je kinderen niet mee confronteren, een echt weeshuis.
Lisanne: Dit was wel erg vredig. In een van mijn lievelingsfilms van vroeger was het weeshuis een stuk naarder, en dat kon ik best aan. Ik vind dat bij jeugdfilms altijd de vraag: hoe ver kun je als maker gaan? Volgens mij verder dan je denkt.
Tim: Nou dat hebben ze in de jaren negentig uitgeprobeerd, met Purno de Purno enzo. Ik heb daar soms nog last van, dat ik dat allemaal voor mijn kiezen gehad heb.
Ruby: Ja van Purno de Purno heb ik ook nog wel last.
Lisanne: Misschien zijn wij een verdorven generatie. Gebrek aan moraal. Geïndoctrineerd door kindertelevisie uit de jaren negentig.
Ruby: Maar van alle uren Roald Dahl lezen zijn wij toch beter geworden?
Tim: Dat ligt eraan wat je definitie van ‘beter’ is. Als je brave Amerikaanse kindertjes wilt kweken is deze versie van De GVR goed.
Lisanne: Of gaan ze zich hier ontzettend tegen afzetten, zijn er vandaag in de bioscoop rebellen geboren. Zouden er trouwens weleens kinderen weglopen bij kinderfilms?
Ruby: Vast wel. Had ik in 1993 ook moeten doen bij Jurrasic Park. Daarna heb ik een week bij mijn ouders in bed geslapen.
Lisanne: Toen ik zeven was heb ik Amadeus gekeken met mijn vader. Daar sneed iemand gelijk zijn keel door. Toen hield ik wel van lugubere dingen.
Tim: Bij Indiana Jones had je die nazi’s van wie de ogen uit hun hoofd spoten. Dat was ook Spielberg. Dus hij kan het wel.
Ruby: Spielberg wordt ook een dagje ouder, hij is nu zelf opa.
Lisanne: Is hij mild geworden? Ik vond de mimiek van de GVR heel ontroerend. Zo lief, kraaienpootjes en die enorme oren. Toch kan ik me niet voorstellen dat dit zo'n jeugdfilm is die gaat beklijven.
Tim: Op het laatst hebben de reuzen ook een droom, waardoor ze spijt van hun gedrag krijgen. Dat is dus de moraal: je krijgt spijt van dingen in lijn met je instinct.
Lisanne: De wilden werden opgesloten; de GVR ging tuinieren en Sophie werd geadopteerd. Iedereen moet in de pas lopen, de reus normaal praten en weeskinderen gelukkig zijn.
Ruby: Sowieso vond ik het einde nogal wrang; de reuzen – een soort wilden – werden uit de weg geruimd. Ze moesten ook per se wroeging voelen. Terwijl; een holbewoner ga je ook niet op zijn moraal aanspreken?
Tim: Nu komen we op een glijdende schaal; ik voel politiek aankomen.
Ruby: Wat is de politieke parallel? In hoeverre moordenaars verantwoordelijk zijn voor hun daden? Of je bepaalde mensen met holbewoners mag vergelijken?
Tim: Toch nog interessante filosofische materie.
Lisanne: In hoeverre kun je ervan uitgaan dat ‘de reuzen’ meteen meekunnen in de ‘normale mensenwereld’? Het civiliseren van wilden?
Ruby: Ik denk dat deze verfilming voor onze generatie weinig toevoegt aan het boek. Voor nieuwe generaties lijkt het me geen instant klassieker.
Tim: Eén ster!
Lisanne: Knoerthard. Ik zou zeggen: drie sterren, misschien pijnlijker dan één ster. Verder gun ik Spielberg veel plezier met zijn kleinkinderen.
Tim: Wat zou dan één ster krijgen?
Lisanne: Iets waar je echt boos van wordt. Eén ster heeft cultpotentie.
Tim: Een melodrama over Adolf Hitler in het decor van Samson en Gert.
Lisanne: Maak die film!
Ruby: Het positieve was de vertolking van de GVR.
Tim: Ook hoe hij langs die bomen rende, in reuzensprongen.
Lisanne: Met z’n lachrimpeltjes en malle taaltje, dat ‘ie ‘warrelig’ sprak.
Tim: Nu gaan we weer nuanceren, dat is niet de bedoeling.
Lisanne: Wisten jullie dat het budget 140 miljoen was?
Ruby: Ja maar aan het geld lag het ook niet. Spielberg heeft een kritische adviseur nodig.
Tim: De GVR van Spielberg: ‘aan het geld lag het niet’. Drie sterren.
Ruby: HAHAHA. In een notendop.