Van 1914 naar 2014: de huidige aandacht voor de Eerste Wereldoorlog valt gemakkelijk te verklaren. Maar enkele andere belangrijke oorlogsjubilea dreigen onder te sneeuwen.
Hoe de wereld monter ontwaakte
Voor de mensen die het hebben gemist: dit jaar is het precies honderd jaar geleden dat de Eerste Wereldoorlog werd ingeluid door enkele welgemikte pistoolschoten op een junimiddag in de onderbuik van Europa. In Vlaanderen heeft men het jubileum van deze niet al te blijmoedige historische gebeurtenis, zo’n zestien miljoen mensen lieten het leven in Vlaamse modderpoelen of anderszins onaangename omstandigheden, jarenlang voorbereid: 2014 is het Jubeljaar der Jubeljaren. Zelfs de Tour de France zal deze zomer even langs de voormalige slagvelden gaan.
In dit drieluik worden jubilea onder de aandacht gebracht die in de schaduw staan van Honderd Jaar Grote Oorlog. In deel 2 wordt stilgestaan bij de val van de Berlijnse Muur in 1989 (het 25-jarig jubileum). Met de val van de Berlijnse Muur, opgetrokken tijdens een korte, koele nacht in augustus 1961 en overwonnen tijdens een hectische donderdagnacht in november 1989, kwam een einde aan de deling van Duitsland. Maar de gevolgen waren verreikender: hoewel de Koude Oorlog officieel tot 1991 zou duren, kan in retroperspectief gesteld worden dat met de val van de muur tevens een (symbolisch) eind kwam aan de dreigende atoomoorlog. Hoewel de Koude Oorlog in feite geen echte oorlog was (veel mensen dachten daar overigens heel anders over in die tijd) had het conflict een alles omvattende invloed op de wereld. Niet alleen Berlijn en Duitsland waren opgedeeld, ook Europa en de rest van de wereld was verdeeld in machtsblokken: oost versus west, goed versus kwaad en kapitalisme versus communisme. In de frontstad van de Koude Oorlog, midden in die politiek en ideologisch verdeelde wereld, was een ultiem symbool opgetrokken: een betonnen muur – afgezet met prikkeldraad en later omgeven door wachttorens en mijnenvelden. Volgens de officiële lezing hadden de machtige heren van de DDR onder leiding van Erich Honecker besloten een antifaschistische Schutzwall op te trekken als beschermende maatregel tegen eventuele agressie en infiltratie van buitenlandse agenten – een activiteit die, voor diegene die John le Carré wel eens hebben gelezen, slechts beperkt hinder ondervond van De Muur. In werkelijkheid was de bouw van de muur een wanhoopsactie om de niet aflatende stroom vluchtelingen te stoppen. Sinds de geboorte van de socialistische heilstaat in 1949 waren al miljoenen mensen naar het westen gevlucht. Kortom, de DDR was aan het doodbloeden en alleen een hermetische afsluiting kon dat stoppen. Ik kan nog een heel lyrisch verhaal schrijven over De Muur; over de iconische foto’s die er werden genomen, over de vereeuwiging in Wim Wenders meesterwerk Der Himmel über Berlin, over een president die een monumentale speech afstak of over de blinde blijheid die zich meester maakte over de verenigde Berliners in december 1989.
De Muur werd neergehaald, het communisme was failliet en een atoomoorlog afgewend. In het kielzog van de Mauerfall volgen de schaduwkanten van deze historische gebeurtenis (zie deel 3), maar de euforie overheerste – en overheerst tot de dag van vandaag bij de meest wanstaltige plek van Berlijn: Checkpoint Charlie. Daarom een Ode aan de Vrijheid in achtentwintig foto’s.
Maarten van Riel (1982) is historicus, schrijver en fotograaf en in het dagelijks leven betrokken bij het opsporen van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog bij Saricon.