Asset 14

De toekomstroman

Er is in Nederland weinig aandacht aandacht voor sciencefiction. Ten onrechte vindt Saskia Pieterse, want onze samenleving absoluut gebaat bij feedbackloop tussen roman en werkelijkheid.

Waarom lijkt er zo weinig sciencefiction te zijn geschreven in en over Nederland? De thriller en detective hebben wortel geschoten en worden in boekenbijlagen regelmatig gerecenseerd, maar sf schittert in de literatuur vooral door afwezigheid. Vereist sf in haar verkenningen van de randen van het denkbare een onverschrokkenheid die alleen schrijvers wonend in een imperialistische grootmacht bezitten? (Engeland en Frankrijk ten tijde van H.G. Wells en Jules Verne, Amerika uiteraard, Rusland ooit, Japan). Toch kan dat niet de verklaring zijn, want even zag het er in de jaren zestig naar uit dat Nederland wel degelijk een SF-traditie in proza ging krijgen: experimentele auteurs als Sybren Polet, Jacques Hamelink en Hugo Raes schreven toen fascinerende arabesken over de toekomst. Bovendien is er in Nederland een eigen circuit voor de liefhebbers ontstaan. Er is de Paul Harland Prijs, een jaarlijkse prijs voor het beste Nederlandstalige sciencefiction-, fantasy- of horrorverhaal, er is een contactcentrum (NCSF), er zijn toonaangevende auteurs (Paul Evenby, onder andere). Er zijn in genreliteratuur gespecialiseerde uitgeverijen als De Boekerij en Verschijnsel – bij die laatste verschijnen uitsluitend print-on-demand en e-boeken. Maar dit alles onttrekt zich grotendeels aan het zicht van de reguliere boekenwereld.

Illustratie: Wies Paree

Tussen technologische vooruitgang en SF kan een interessante feedback-loop bestaan. (Overigens nog iets over die afkorting SF: al enige decennia wordt door de meeste auteurs binnen dit type literatuur liever gesproken van Speculative Fiction, omdat veel romans lang niet altijd meer uitsluitend gaan over wetenschappelijke en technische sprongen voorwaarts, maar in veel bredere zin speculeren over allerhande sociologische, economische, ecologische, politieke en culturele verschuivingen die nauw met technologische ontwikkelingen verweven zijn. Voordeel: de afkorting blijft hetzelfde.) Generaliserend kun je zeggen dat SF vaak is geschreven vanuit een makersperspectief, dat wil zeggen vanuit het perspectief van de techneut, hacker, wetenschapper. ‘Echte’ makers lezen in romans wat er allemaal mogelijk zou kúnnen zijn, en worden geïnspireerd iets dergelijks uit te proberen. Het door onder andere Neil Stephenson opgestarte Project Hieroglyph is een voorbeeld van een georganiseerde, positieve feedbackloop tussen fictie en reële wetenschap. Omgekeerd is alleen die SF geloofwaardig die kan extrapoleren vanuit wat nu al wetenschappelijk en technisch mogelijk is: zonder inhoudelijke kennis van het heden geen overtuigende toekomstverbeelding.

Omdat SF in de Nederlandse mainstream cultuur weinig weerklank vindt, is een dergelijke feedbackloop in Nederland niet eenvoudig aan te wijzen. Toch is de toekomstroman voor ons land geen overbodige vorm van fictie. Het Nederlandse volk heeft zich als geen ander uitgeleverd aan mobiele telefonie en internetbankieren, het openbaar vervoer is alleen toegankelijk met een chipkaart en de belastingdienst heeft inzicht in onze parkeergegevens, in Zoeterwoude staat het datacentrum SWIFT (Society for Worldwide Interbank Financial Communication), een substantieel deel van de Piketty-rijken hebben een brievenbus-onderneming in Nederland, de wet ‘fraudeaanpak bestandskoppelingen’ werd deze maand als hamerstuk door het Nederlandse parlement gejast, en God alleen weet wat er in de haven van Rotterdam en op luchthaven Schiphol iedere dag passeert. In Nederland gebeurt alles vijftig jaar later, wordt er vaak gemopperd. Maar onder die schijn van traagheid zit een land dat zich zonder terughoudendheid aan vaak onzichtbare structuren uitlevert, ten goede of ten kwade.

Onmogelijk genre-onderscheid

Er is iets ingewikkelds met SF als genrelabel. Want zo weinig belangstelling als er is voor Nederlandstalige SF, zo veel aandacht is op dit moment voor toekomstromans die geschreven worden door auteurs die in het literaire circuit functioneren (ze zijn ondergebracht bij een literaire uitgeverij et cetera). Anders dan de SF, worden deze romans uitgebreid in de Nederlandse boekenbijlagen besproken.

Dit type toekomstroman lijkt in Nederland dus wel brede erkenning te vinden. Om een aantal recente voorbeelden te noemen: Oorlogshond van Robert Anker, Het middel van Dirk van Weelden, en meer actueel De eerste hond in de ruimte van Jeroen van Rooij en Efter van Hanna Bervoets – daarnaast zijn in België er nog veel meer voorbeelden van Nederlandstalige 21e-eeuwse dystopieën aan te wijzen. Buiten het Nederlandstalig proza zijn Corpus Delicti van Juli Zeh en The Circle van Dave Eggers recente voorbeelden van romans die ook in de Nederlandse literaire kritiek veel aandacht kregen.

Het verschil tussen deze literaire romans en SF is vaak arbitrair en heeft meer met institutionele dan inhoudelijke factoren te maken. Maar als ik dan een sweeping statement zou moeten maken, dan denk ik dat deze literaire toekomstromans vaker geschreven zijn vanuit wat je een gebruikersperspectief zou kunnen noemen. Deze toekomstverbeeldingen zijn geschreven vanuit het standpunt van burgers die niet direct ‘makerskennis’ hebben, maar die hun leven wel ingrijpend zien veranderen onder invloed van wetenschappelijke en technologische innovaties.

Dit tweede perspectief sluit een interessant heen-en-weer tussen roman en samenleving zeker niet uit. Om een concreet voorbeeld te geven: Zeh schreef met Corpus Delicti een dystopische ideeënroman van klassieke snit. In die roman draait het om een gezondheidsprogramma dat door de staat is uitgerold en dat, via allerlei biomedische registratiemethoden, de burger voortdurend disciplineert, onder het mom van gezondheidspreventie. In deze toekomstige wereld kan iemand die voor een misdrijf veroordeeld wordt op basis van DNA-materiaal nooit meer zijn onschuld bewijzen, zo absoluut is het geloof in biomedische kennis geworden. Zeh onderzoekt in haar roman de manier waarop de staat mensen creëert die hun individualiteit hebben ingewisseld voor een leven in het teken van ‘gezondheid’. De burger is in Corpus Delicti echter geen passief slachtoffer van een totalitaire staat, want deze burger heeft zelf actief bijgedragen aan de totstandkoming ván die staat. De roman maakt voelbaar hoe noodzakelijk het is dat de burger zijn kritische distantie behoudt tegenover de verleiding van een zorgzame overheid.

Het verlangen naar echtheid

Zeh onderzoekt de relatie tussen staat en burger. Eggers en Bervoets beschrijven de toekomst niet vanuit een vergelijkbaar politiek-juridisch perspectief, maar vanuit het perspectief van de sociale media-consument. Nu is ook dat een te rechtvaardigen vertrekpunt, maar probleem bij beide auteurs is dat dit consumentenperspectief nog eens wordt ingekrompen tot het blikveld van de ongeëngageerde, hedonistische, well-to-do en Westerse gebruiker. Voor deze consument is de sociale media een soort snijmachine waarmee hij of zij het privéleven in dunne plakjes snijdt, tot er niets anders overblijft dan een schier eindeloze reeks van ‘gedeelde momenten’. En dat roept van de weeromstuit allerlei angsten in het leven over de teloorgang van authentieke ervaringen.

De roman van Eggers lijkt misschien de economische macht van een bedrijf als Google te willen thematiseren. Toch is dat niet het werkelijke onderwerp. De plot draait feitelijk om de ‘onechtheid’ van de virtuele wereld en de teloorgang van waarachtig menselijk contact. In de beleving van twintiger Mae, de naïeve hoofdpersoon, wordt het leven interessanter als je iedere minuut virtueel deelt met zo veel mogelijk mensen. De moraal van het verhaal is dat ze niet ziet hoe ze zo juist alles devalueert tot een gemedieerde en dus onechte belevenis. Het ergste nog lijkt Eggers het te vinden dat jonge vrouwen als Mae hun seksleven op video opnemen.

Bervoets breidt het vraagstuk van echt/onecht uit naar het terrein van de biomedische wetenschap (en daarmee schurkt ze tegen de roman van Zeh aan). Efter is de naam van een medicijn tegen verliefdheid, want in de toekomst wordt verliefdheid gediagnosticeerd als een verslaving. Het levert een roman op waarin personages zichzelf voortdurend afvragen of hun gevoelens wel écht zijn. Toegegeven, Efter lijkt soms te onderkennen dat er zoiets is als een groter politiek en sociologisch krachtenveld. De moeder van Meija, een meisje dat zich laat behandelen met Efter, heeft een bedrijf opgericht met de naam Cassandra, dat op basis van allerlei gekoppelde databestanden toekomstvoorspellingen doet over de levensloop van mensen. Met dat bedrijf opent de roman een luik naar buiten, maar helaas zien we het bedrijf noch de moeder in actie. Cassandra wordt nooit meer dan decor. Eén keer nog horen we puberdochter Meija over de voorspellingen van het bedrijf spreken: "mensen die veel semigeraffineerde graanproducten gebruiken, krijgen bijvoorbeeld vaak jong kinderen. Of misschien was het andersom. Of misschien gingen die geraffineerde graanproducten over je rijbewijs halen. Ik weet het echt niet meer."
Meija kan geen belangstelling opbrengen voor haar moeders onderneming en dat is voor een vijftienjarige alleszins begrijpelijk, erger is dat Bervoets zelf vanuit precies deze houding het nalaat haar tanden te zetten in het gevaar dat zo’n bedrijf als Cassandra vertegenwoordigt. Zeh waarschuwt: kritisch denken en individualiteit kunnen verdwijnen als er geen verzet komt tegen ogenschijnlijk goedbedoeld paternalisme. In Efter wordt het nooit ernstiger dan: je zou wel eens iets kunnen voelen dat niet authentiek is, omdat er een pil aan te pas is gekomen.

Voor wie is die angst voor inauthenticiteit zo’n dringend probleem dat er een hele toekomstvisie op gebouwd kan worden? Voor wie draait de wereld primair rond relationele onzekerheden, een door virtuele prikkels aangewakkerd overspannen zelfbewustzijn, een verlangen naar mindfulness te midden van een teveel aan drank-, drugs- en mediagebruik? Het antwoord is, vrees ik dan toch, voor zo ongeveer alle 'gratis geld bestaat'-twintigers en -dertigers die liever niet zo veel tijd op Facebook zouden doorbrengen, maar het toch niet kunnen laten.

Symptoom

Is het toeval dat een land als Duitsland een auteur als Zeh heeft – die in 2008 bij de overheid een bezwaar indiende tegen de invoering van het biomedisch paspoort – en tegelijkertijd burgemeesters die de Googlemap-auto’s de toegang weigeren? Is het toeval dat in Nederland Efter met gejuich onthaald wordt, terwijl het Nederlandse parlement met de wet ‘fraudeaanpak bestandskoppelingen’ zonder noemenswaardig protest de burger uitlevert aan een niet meer te controleren staatsmacht? Nee, natuurlijk. Er is nu eenmaal altijd sprake van een wisselwerking tussen literatuur en samenleving, uiteraard wanneer auteurs deze interactie bewust creëren, maar ook als deze wisselwerking ogenschijnlijk wordt genegeerd.

Dat een auteur als Bervoets politieke vraagstukken direct met psychologische uitlegkunde neutraliseert, is niet het gevolg van een unieke keuze gemaakt door een unieke auteur, maar een symptoom van de samenleving waarbinnen ze leeft, en dus schrijft. Zo gaan we in Nederland voortdurend om met het politieke dat maar niet als het politieke geïdentificeerd lijkt te kunnen worden. Het is bovendien veelzeggend dat de debatten in de Nederlandse literatuur steevast draaien om het vraagstuk van de ernst, het verlangen ‘voorbij de ironie’ te komen. Heel recent sneed auteur Joost de Vries in de Volkskrant dat debat weer aan. Om nu ook eens als een vijftienjarige te reageren: who cares? Een interessantere stelling zou zijn: een roman mag zo ironisch of ernstig zijn als de auteur nodig acht, zolang het boek maar geschreven is vanuit een interessanter perspectief dan dat van de naar echtheid snakkende cultuurconsument.

En nee, dit geen pleidooi voor auteurs die direct, één op één, over de sociaal-politieke situatie schrijven. Wil literatuur echter meer zijn dan een symptoom van haar tijd, dan is het nodig dat ze werkelijk voorbij de grenzen van wat direct zichtbaar is durft te kijken. Want voor je het weet leef je in een land waar de ene na de andere roman verschijnt over de moeilijkheid authentieke van inauthentieke gevoelens te onderscheiden, terwijl ondertussen de staat het individu al heeft afgeschaft.

--
Saskia Pieterse is docent en onderzoeker aan de faculteit Geesteswetenschappen van de Universiteit Utrecht.

Mail

We willen je iets vertellen. Hard//hoofd is al bijna tien jaar een vrijhaven voor jonge en experimentele kunst, journalistiek en literatuur. Een walhalla voor hemelbestormers en constructieve twijfelaars, een speeltuin voor talentvolle dromers en ontheemde jonge honden. Elke dag verschijnen op onze site eigenzinnige artikelen, verhalen, poëzie, kunst, fotografie en illustraties van onze jonge makers. Én onze site is helemaal gratis.

Hoe graag we ook zouden willen; zonder jou kunnen we dit niet blijven doen. We hebben namelijk te weinig inkomsten om dit vol te houden. Met jouw hulp kunnen we de journalistiek, kunst en literatuur van de toekomst mogelijk blijven maken, en zelfs versterken.

Als je ons steunt, dan maken wij jou meteen kunstverzamelaar door je speciaal geselecteerde kunstwerken toe te sturen. Verzamel kunst en help je favoriete tijdschrift het volgende decennium door. We zullen je eeuwig dankbaar zijn. Draag Hard//hoofd een warm hart toe.

Word kunstverzamelaar
het laatste
10 jaar HH

10 jaar HH

Hard//hoofd is een vrije ruimte voor verbeelding en verhalen. Een niet-commercieel platform waar talent online en offline de ruimte krijgt om te experimenteren en zich te ontwikkelen. Het bestaan van zo’n plek is niet vanzelfsprekend. Sluit je daarom bij ons aan. We zijn bewust gratis toegankelijk en advertentievrij. Wij geloven dat nieuwe makers vooral een... Lees meer

Tip: Kijk slechte televisie

Kijk slechte televisie

'Ik heb afleveringen van The Real Housewives waar Shakespeares beste stukken niet aan kunnen tippen.' Lees meer

 Kamikazeplastics

Kamikazeplastics

Immuuncellen die de minuscule deeltjes onschadelijk proberen te maken, bekopen dat vervolgens met hun eigen leven. Lees meer

Alles vijf sterren: DEZE SERIE IS GEWOON ZO GOED

Het voert te ver om het hele verhaal uit te leggen

Deze week worden we blij van stekjes, een queer Lees meer

Over wulken en burgemeesters 2

Over wulken en burgemeesters

'Een huis is een constructie, maar een huis is ook een gevoel dat gedeeld wordt. Er blijven sporen achter wanneer bewoners sterven. Een huis verandert terwijl het blijft staan.' Lees meer

We laten ons niet sussen 1

We laten ons niet sussen

Twee weken geleden onthaalden politici en de media 2500 protesterende boeren met open armen op het Malieveld. De 35.000 klimaatstakers en de bezorgde burgers van Extinction Rebellion konden rekenen op een stuk minder steun. Wat is er nodig om de urgentie van de klimaatcrisis echt te laten voelen?, vraagt Jarmo Berkhout zich af. De legers... Lees meer

Tip: Leer een ambacht

Leer een ambacht

Nora van Arkel ging spontaan een dag in de leer bij een Berlijnse Meisterbacker. Daar leerde ze minder te denken en meer te doen. Een tip om eens te vragen of iemand je een ambacht wil leren. Lees meer

 Staakt-het-boeren

Staakt-het-boeren

Duizenden boeren toogden naar het Malieveld met hooivork en tractor. Lees meer

Column: September Blues

September Blues

De maand september is weer voorbij en dat betekent voor Trudy afscheid nemen en opnieuw beginnen. Van haar zomerhuisje op het platteland keert ze terug naar het leven in de stad. Lees meer

Filmtrialoog: Manta Ray

Manta Ray

Redacteuren Eva van den Boogaard, Mat Hoogenboom en Oscar Spaans bezochten de bioscoop om het speelfilmdebuut van de Thaise regisseur Phuttiphong Aroonpheng te zien. Het werd een magische ervaring: Manta Ray bleek een even eenvoudige als betoverende vertelling over een voor dood achtergelaten man die door een visser uit de mangrove wordt gered. Mat: Wat... Lees meer

Hard//talk: Bij gelijke geschiktheid tellen kwaliteit en capaciteit net zo goed

Bij gelijke geschiktheid tellen kwaliteit en capaciteit net zo goed

De wereld staat in brand en dat mag niet onbeschreven blijven. In tegenstelling tot Ella Kuijpers ziet Gatool Katawazi er wél het belang van in om voorkeur te geven aan de sollicitant die de diversiteit binnen een organisatie versterkt. Afgelopen zomer schreef Ella Kuijpers een Hard//talk waarin zij pleit tegen positieve discriminatie in sollicitatieprocedures. Juist... Lees meer

Inclusiviteit

Echte inclusiviteit is nog ver weg

Het debat over diversiteit en inclusiviteit in de culturele sector gaat niet ver genoeg. Lees meer

Tip: Geef het voordeel van de twijfel

Geef het voordeel van de twijfel

Redacteur Else Boer schippert tussen cynisme en naïviteit. 'Om naïviteit te vermijden, besloot ik dat cynisme een adequate reactie op de wereld was. Maar het continu bevragen van mensen en hun beweegredenen is vermoeiend.' Lees meer

Alles vijf sterren: 14

Geen douche, geen geloof, geen adem

Deze week worden we blij van een zeiltripje naar het Markermeer, een serie over verkeerd geplaatste bewijslast, en een dansvoorstelling van Arnhemse meisjes. Lees meer

Hard//talk: Greta Thunbergs requiem voor een droom

Greta Thunbergs requiem voor een droom

Thunberg deinst er niet voor terug een onderdeel te worden van haar eigen verhaal. Lees meer

Automatische concepten 26

Over de column (niets dan goeds?)

Iduna schrijft al jaren columns voor Hard//hoofd en vraagt zich af: hoe komt het toch dat ze ergens alsnog verwarde gevoelens heeft bij het fenomeen 'column'? Een overpeinzing die terugvoert naar Iduna's jaren op de universiteit en de twijfel over de plek die ze in mag nemen in de wereld. Lees meer

Het verlies van succes 2

Het verlies van succes

In een tijd waarin het steeds noodzakelijker lijkt te worden om prestaties te etaleren, denkt Mare Groen na over het systeem achter onze opvattingen aangaande succes dan wel mislukking. Ik lig nog steeds op bed en ben de hele dag niet buiten geweest. Het is 20.00 uur. Ik heb afgesproken om naar de film te... Lees meer

Tip: Durf hardop te dromen

Durf hardop te dromen

Rose Doolan vertrok jaren geleden naar San Francisco, met wilde plannen en weinig budget. Lees meer

 De blinddoek komt af

De blinddoek komt af

Vrouwe Justitia heeft haar blinddoek afgenomen. Lees meer

Column: Mammie

Mammie

'Arme mammie, sorry mammie!', hoort Trudy in de wachtkamer van het ziekenhuis. De irritatie die dit oproept komt vanuit een nooit gedichte kloof in het verleden. En dat heeft alles met het woord 'mammie' te maken. Lees meer

De geruchten zijn waar. Lees Hard//hoofd nu ook op papier!

Bestel op tijd je eigen exemplaar van de eerste editie, met als thema: ‘Ik’. We hebben drie covers ontworpen. Kies je favoriet.

Bestellen