Mijn favoriete roti-tent is een betegelde ruimte die helemaal leeg is, op een vitrine en een tv na. Op de vitrine is een menukaart geplakt en er staat een klein, groen uitgeslagen koperen belletje. Als je daarmee rinkelt, komt er een oud Hindoestaans vrouwtje van de trap in de hoek gelopen, dat je bestelling opneemt. Daarna gaat ze weer weg, en duurt het altijd heel lang voordat je eten klaar is.
Écht heel lang. Soms komt de man van het oude vrouwtje glimlachend binnen terwijl hij zijn brommerhelm afzet. Hij doet de bezorgingen. Je kunt aan hem vragen waar je roti blijft en dan roept hij wat naar boven, maar dat helpt niet veel. Ik heb een keer een andere klant in een hongerige driftbui tegen hem zien uitbarsten omdat hij al een uur in de tochtige ruimte stond te wachten. Verwonderd keek ik hem aan: ik word juist altijd een beetje apathisch als ik eten nodig heb. Ik ga in de energiespaarstand. Dan dood ik de tijd met het fantaseren over wat de rotiboerin daarboven aan het doen is.
Mijn gedachten dwalen af naar mijn jeugd in een Brabants dorp en ik denk aan de rotiboerin die eindeloos sigaretten schiet en solitaire speelt op een Windows 95-computer: dat deden toen alle oude vrouwtjes in Brabant. Of ik beeld me in dat ze zich bezig houdt met geld tellen, cocaïne versnijden en lichamen van geliquideerde criminelen in stukken zagen die ze vervolgens door de roti roert. Zoals in een maffiafilm. Dat zou niet alleen verklaren waarom het zo lang duurt, maar ook waarom de roti zo onnatuurlijk lekker is. Het zou ook kunnen dat juist die lange wachttijd ervoor zorgt dat mijn smaakpapillen gaan hallucineren.
Toen ik afgelopen vrijdag op mijn roti zat te wachten hoefde ik me voor de verandering niet bezig te houden met mijn door honger opgezweepte fantasieën. De tv stond aan, op een Hindoestaanse zender. Ik ben zelden zo geweldig ge-entertained. Een koning was in gesprek met zijn kroonprins over de troonopvolging. Dat weet ik omdat er Engelse ondertiteling bij de film zat. Maar verder snapte ik geen reet van de verhaallijn, vol intriges en intrigerende namen. Er zat ook niet echt actie in de film, behalve dat de stem van de koning af en toe extra dramatisch werd aangezet door een echo-effect. Toch werkte het! Ik was aan het schermpje gekluisterd, door de geweldige kostuums, de serieuze gezichtsuitdrukkingen en de opzichtig digitaal gepimpte achtergronden.
Ik vond het bijna jammer toen het oude vrouwtje met mijn bak roti van de trap kwam gelopen. Het is altijd moeilijk om te kiezen tussen mijn maag en mijn ogen, maar de honger won toch. Het feit dat het een beetje raar was geweest als ik de hele avond gebiologeerd voor de tv in de roti-tent had gezeten hielp ook wel mee bij mijn beslissing om te betalen en netjes thuis te gaan eten.
Later die avond kwam ik weer langs het vreetschuurtje en daar zaten de rotiboer en -boerin, gezellig samen op de trap, in het licht van de tv. Het leek niet zoveel met de maffia te maken te hebben.